LogoBR 30/1 C Bp 
  • Algemene instructies
  • Milieubescherming
  • Veiligheidsinstructies
    • Gevarenniveaus
    • Accupack en oplaadapparaat
    • Veilige hantering
    • Elektrische componenten
  • Reglementair gebruik
  • Leveringsomvang
  • Beschrijving apparaat
  • Inbedrijfstelling
    • Accupack opladen
    • Accupack plaatsen
    • Reinigings- en onderhoudsmiddel
    • Schoonwaterreservoir vullen
  • Werking
    • Algemene aanwijzingen over bediening
    • Met de werkzaamheden beginnen
    • Leeg het vuilwaterreservoir
    • Werking onderbreken
    • Reinigingsrollen spoelen
    • Werking beëindigen
    • Apparaat opbergen
  • vervoer
  • Opslag
  • Apparaat reinigen
    • Apparaat reinigen
    • Reinig het vuilwaterreservoir
    • Veegladen reinigen
    • Reinigingsrollen reinigen
    • Waterverdeelstrip reinigen
  • Hulp bij storingen
    • De reinigingsrollen draaien niet en het waarschuwingslampje gaat branden

    • Het apparaat kan niet worden ingeschakeld

    • Het apparaat neemt geen vuil op

    • De reinigingsrollen zijn te droog

    • Reinigingsresultaat niet bevredigend

    • De wateropname is niet optimaal

    • Het apparaat verliest vuil water

  • Garantie
  • Toebehoren en reserveonderdelen
    • Reserveonderdelenlijst
  • EU-conformiteitsverklaring
  • Technische gegevens

      BR 30/1 C Bp 

      59693480 (06/22)

      Algemene instructies

      Lees voor het eerste gebruik de meegeleverde oorspronkelijke gebruiksaanwijzing van het apparaat, het accupack en het oplaadapparaat. Handel dienovereenkomstig.

      Bewaar de documentatie voor later gebruik of voor de volgende eigenaar.

      • Wanneer de gebruiksaanwijzingen niet worden opgevolgd, kan dit schade aan het apparaat en gevaar voor de bediener en andere personen tot gevolg hebben.

      • Bij transportschade de dealer onmiddellijk op de hoogte brengen.

      • Controleer bij het uitpakken of de verpakkingsinhoud compleet is en niet beschadigd is.

      Milieubescherming

      Het verpakkingsmateriaal is recyclebaar. Gooi verpakkingen met het gescheiden afval weg.

      Elektrische en elektronische apparaten bevatten waardevolle recyclebare materialen en vaak onderdelen zoals batterijen, accu's of olie, die bij onjuiste omgang of verkeerd weggooien een mogelijk gevaar voor de gezondheid en het milieu kunnen vormen. Voor een correct gebruik van het apparaat zijn deze onderdelen echter noodzakelijk. Apparaten met dit symbool mogen niet met het huisvuil worden weggegooid.

      Instructies voor inhoudsstoffen (REACH)

      Actuele informatie over inhoudsstoffen vindt u onder: www.kaercher.nl/REACH

      Veiligheidsinstructies

      Lees voor het eerste gebruik van het apparaat dit veiligheidshoofdstuk en deze oorspronkelijke gebruiksaanwijzing door Handel dienovereenkomstig. Bewaar de oorspronkelijke gebruiksaanwijzing voor later gebruik of voor de volgende eigenaar.

      • Naast de instructies in de gebruiksaanwijzing moet u ook de algemene wettelijke veiligheidsvoorschriften en de voorschriften inzake ongevallenpreventie in acht nemen.

      • De op het apparaat aangebrachte waarschuwings- en aanwijzingsborden geven belangrijke instructies voor de veilige werking.

      Gevarenniveaus

      GEVAAR

      Aanwijzing voor direct dreigend gevaar dat tot zware of dodelijke verwondingen leidt.

      WAARSCHUWING

      Aanwijzing voor een mogelijk gevaarlijke situatie die tot zware of dodelijke verwondingen kan leiden.

      VOORZICHTIG

      Aanwijzing voor een mogelijk gevaarlijke situatie die tot lichte verwondingen kan leiden.

      LET OP

      Aanwijzing voor een mogelijk gevaarlijke situatie die tot materiële schade kan leiden.

      Accupack en oplaadapparaat

      Lees bovendien de gebruiksaanwijzingen en veiligheidsinstructies die met de accupacks en het oplaadapparaat zijn geleverd.

      Dit apparaat kan worden gebruikt met alle 18 V-accupacks Battery Power en Battery Power+ van Kärcher.

      Veilige hantering

      GEVAAR

      Verstikkingsgevaar. Houd verpakkingsfolie buiten het bereik van kinderen.

      WAARSCHUWING

      Alleen personen die in de omgang met het apparaat zijn geïnstrueerd of hebben bewezen dat ze het apparaat correct bedienen en uitdrukkelijk de opdracht hebben dit apparaat te gebruiken, mogen het apparaat gebruiken.

      WAARSCHUWING

      Gebruik het apparaat alleen volgens de voorschriften. Houd rekening met de plaatselijke omstandigheden en let bij het uitvoeren van werkzaamheden met het apparaat op andere personen en met name kinderen.

      WAARSCHUWING

      Let in gevarenzones (bijv. tankstations) op de desbetreffende veiligheidsvoorschriften. Gebruik het apparaat nooit in explosieve ruimtes.

      WAARSCHUWING

      Personen die niet vertrouwd zijn met deze handleiding en kinderen mogen het apparaat niet gebruiken. Lokale voorschriften kunnen de minimale leeftijd van de bediener voorschrijven.

      WAARSCHUWING

      Dit apparaat mag niet worden gebruikt door personen (inclusief kinderen) met een lichamelijke, sensorische, verstandelijke of mentale beperking of een gebrek aan ervaring en kennis.

      WAARSCHUWING

      Kinderen mogen niet met het apparaat spelen.

      WAARSCHUWING

      Houd toezicht op kinderen om ervoor te zorgen dat ze niet met het apparaat spelen.

      WAARSCHUWING

      Houd lichaamsdelen (bijv. vingers, haar) uit de buurt van de roterende reinigingsrollen

      WAARSCHUWING

      Gevaar voor letsel door puntige voorwerpen (bijv. splinters). Bescherm uw handen tijdens het reinigen van de vloerkop.

      VOORZICHTIG

      Gebruik het apparaat niet wanneer het lekt, gevallen of zichtbaar beschadigd is.

      VOORZICHTIG

      Gebruik of bewaar het apparaat alleen conform de beschrijving en afbeelding.

      VOORZICHTIG

      Laat het apparaat nooit zonder toezicht zolang het in gebruik is.

      VOORZICHTIG

      Schakel het apparaat voor alle onderhoudswerkzaamheden uit en verwijder het accupack.

      LET OP

      Gebruik het apparaat alleen in binnenruimtes.

      LET OP

      Schade aan het apparaat. Vul nooit oplosmiddel, oplosmiddelhoudende vloeistoffen of onverdunde zure (bijv. reinigingsmiddel, benzine, verfverdunner en aceton) in de watertank bij.

      LET OP

      Schakel het apparaat alleen in, als het schoon- en het vuilwaterreservoir geplaatst zijn.

      LET OP

      Zuig met het apparaat geen scherpe of grotere voorwerpen op, zoals scherven, stenen of delen van speelgoed.

      LET OP

      Geen azijnzuur, ontkalkingsmiddel, etherische olie of gelijkaardige stoffen in het schoonwaterreservoir vullen. Neem deze stoffen niet met het apparaat op.

      LET OP

      Gebruik het apparaat alleen op harde vloeren met een waterdichte coating, bijvoorbeeld gelakt parket, geëmailleerde tegels of linoleum.

      LET OP

      Gebruik het apparaat niet voor de reiniging van tapijten of textiele vloerbedekking.

      LET OP

      Beweeg het apparaat niet over vloerroosters van convectorverwarmingen. Het apparaat kan het ontsnappende water niet opnemen, als het over roosters wordt geleid.

      LET OP

      Gebruik het apparaat niet bij temperaturen onder 0 °C.

      LET OP

      Berg het apparaat alleen binnen op.

      Elektrische componenten

      GEVAAR

      Dompel het apparaat niet onder in water.

      GEVAAR

      Raak contacten of leidingen nooit aan.

      WAARSCHUWING

      Het apparaat bevat elektrische onderdelen, reinig het apparaat niet onder stromend water.

      VOORZICHTIG

      Laat reparatiewerkzaamheden alleen door de geautoriseerde klantenservice uitvoeren.

      Reglementair gebruik

      Dit apparaat is geschikt voor commercieel en industrieel gebruik, bijvoorbeeld in hotels, scholen, ziekenhuizen, fabrieken, winkels, kantoren en verhuurbedrijven. Gebruik dit apparaat uitsluitend overeenkomstig de gegevens in deze gebruiksaanwijzing.

      • Het apparaat mag alleen voor de reiniging van vochtongevoelige en polijstongevoelige, gladde vloeren worden gebruikt.

      • Het apparaat is niet geschikt voor de reiniging van bevroren vloeren (bijvoorbeeld in koelhuizen).

      • Het apparaat is niet geschikt voor gebruik in explosiegevaarlijke omgevingen.

      • Dompel het apparaat of een deel ervan niet onder in water en giet er geen water over.

      Leveringsomvang

      Controleer de inhoud bij het uitpakken op volledigheid. Bij ontbrekend toebehoren of bij transportschade neemt u contact op met uw distributeur.

      Beschrijving apparaat


      1. Waarschuwingslampje
      2. Knop boost-functie
      3. AAN/UIT-knop
      4. Handgreep
      5. Ontgrendelingsknop accupack
      6. Accupackhouder
      7. Greepschaal
      8. Typeplaatje
      9. Verswaterfilter
      10. Schoonwaterreservoir
      11. Dekselgreep
      12. Reinigingsborstel
      13. Deksel
      14. Vergrendelingskleppen
      15. Vuilwaterschaal
      16. Vuilwaterreservoir
      17. Veegladen
      18. Sluiting
      19. Deksel
      20. Doseerkop
      21. Reinigingsmiddel CA 50 C (0,5 l ronde fles)
      22. Reinigingsrollen (vervanging)
      23. *Accupack Battery Power 18/25 DWofAccupack Battery Power+ 18/30 DW
      24. *Netsnoer voor snellader
      25. *Snellader Battery Power 18/25ofSnellader Battery Power+ 18/60
      26. Reinigingsrollen

      *BR 30/1 C Bp Pack

      Inbedrijfstelling

      Accupack opladen

      1. Laad het accupack op (zie gebruiksaanwijzingen en veiligheidsinstructies van het accupack en de oplader).

      Accupack plaatsen

      1. Het accupack in de accupackopname van het apparaat schuiven tot het accupack hoorbaar vastklikt.


      Reinigings- en onderhoudsmiddel

      LET OP

      Gebruik van ongeschikte reinigings- en verzorgingsmiddelen

      Het gebruik van ongeschikte reinigings- en verzorgingsmiddelen kan het apparaat beschadigen en tot uitsluiting van garantie leiden.

      Gebruik alleen KÄRCHER reinigingsmiddelen.

      Let op de juiste dosering.

      Instructie

      Gebruik naar behoefte reinigings- of verzorgingsproducten van KÄRCHER voor vloerreiniging.

      • Let bij het doseren van de reinigings- en verzorgingsproducten op de doseringsaanwijzingen van de fabrikant.

      • Vul het schoonwaterreservoir eerst met water en vervolgens met reinigings- of verzorgingsmiddelen om schuimvorming te voorkomen.

      • Laat tijdens het vullen van water ruimte over voor de reinigings- of verzorgingsproducten om overlopen te voorkomen.

      Schoonwaterreservoir vullen

      1. Grijp het schoonwaterreservoir aan de zijdelingse greepuitsparingen en verwijder het uit het apparaat.


      2. De reservoirsluiting openen.


      3. Het schoonwaterreservoir vullen met zuiver kraanwater (max. 40 °C) tot aan de MAX-markering. Als reinigingsmiddel moet worden gebruikt, vul dan overeenkomstig minder schoon water bij.

      4. Vul indien nodig KÄRCHER-reinigings- of verzorgingsmiddel in het schoonwaterreservoir.

        LET OP

        Over- of onderdosering van reinigings- of verzorgingsmiddel

        Kan leiden tot slechte reinigingsresultaten.

        Neem de aanbevolen dosering voor reinigings- resp. onderhoudsmiddelen in acht.

        Instructie

        Voor optimale reinigings- en verzorgingsresultaten adviseren wij uitsluitend KÄRCHER-producten en de doseerkop te gebruiken.

      5. De sluiting van de ronde fles losschroeven.


      6. De doseerkop op de ronde fles schroeven.

      7. Knijp de ronde fles in het midden samen totdat de benodigde hoeveelheid reinigingsmiddel in de doseerkop is gestroomd.


        Houd daarbij rekening met het volgende:

        1. de specificaties van de reinigingsmiddelfabrikant voor de mengverhouding van reinigingsmiddel tot schoon water

        2. de overeenkomstige schaalverdeling op de doseerkop

        3. de capaciteit van de tank

      8. Het deksel op de doseerkop openklappen.

      9. Het reinigingsmiddel in de tank vullen.


      10. Het deksel op de doseerkop dichtklappen.

      11. De reservoirafsluiting sluiten.

      12. Het schoonwaterreservoir in het apparaat plaatsen tot het vergrendelt.

      Werking

      Algemene aanwijzingen over bediening

      LET OP

      Vocht

      Materiële schade aan gevoelige vloeren

      Controleer voordat u het apparaat gebruikt de vloer op een onopvallende plaats op waterbestendigheid.

      Reinig geen oppervlakken die gevoelig zijn voor water zoals onbehandelde kurkvloeren omdat vocht kan binnendringen en zo de vloer kan beschadigen.

      LET OP

      Gevaar voor beschadiging door vocht en reinigingsmiddelen en het apparaat kan omvallen

      Gevaar voor materiële schade bij gevoelige vloeren en op de reinigingsrollen door langdurige blootstelling aan vocht en reinigingsmiddelen.

      Gevaar voor materiële schade door kantelen van het apparaat.

      Breng het apparaat bij werkonderbrekingen en na het werken altijd in de parkeerpositie.

      Plaats het apparaat tijdens het neerzetten niet tegen muren, deuren of andere voorwerpen.

      LET OP

      Materiële schade

      Materiële schade aan het apparaat door puntige, grote, omvangrijke voorwerpen.

      Gebruik of bewaar het apparaat niet op harde, grof vuil en harde voorwerpen, aangezien de onderdelen onder het vuilwaterreservoir bekneld kunnen raken en krassen op de vloer en het vuilwaterreservoir kunnen veroorzaken.

      Verwijder voor werkbegin en apparaatopslag voorwerpen, zoals scherven en steentjes van de vloer.

      • Voor een optimaal reinigingsresultaat, reinigingsrollen voor het eerste gebruik bij 60 °C in de wasmachine wassen.

      • Werk achteruit in de richting van de deur zodat geen voetafdrukken op de net afgeveegde vloer ontstaan.


      • Reinigen van de vloer wordt uitgevoerd door het apparaat heen en weer te bewegen met een snelheid die vergelijkbaar is met stofzuigen.

      • Activeer de boost-functie bij sterke vervuiling. Houd hiervoor de boost-functieknop ingedrukt. Als de boost-functie is geactiveerd, worden de rollensnelheid en de schoonwaterhoeveelheid verhoogd. Laat het apparaat langzaam over de vloer glijden zonder druk op het apparaat uit te oefenen.


      • Als de reinigingsrol door bijv. klemmen blokkeert, wordt het apparaat uitgeschakeld.

        Het waarschuwingslampje brandt.

        Verwijder de blokkering.

        Om het apparaat weer in te schakelen, drukt u 2 keer op de AAN/UIT-schakelaar.

        Instructie

        De eerste keer drukken wist de fout, de tweede keer drukken schakelt het apparaat in.

        Als de AAN/UIT-schakelaar niet wordt ingedrukt, gaat het waarschuwingslampje na 10 s uit. Om het apparaat in te schakelen, drukt u 1 keer op de AAN/UIT-schakelaar.


      • Als de capaciteit van de accu bijna op is, begint de AAN/UIT-schakelaar te knipperen.


        Druk op de AAN/UIT-schakelaar.

        Het apparaat schakelt uit.

        Neem het accupack uit het apparaat en laad het op (zie hoofdstuk Werking beëindigen).

        Instructie

        Om schade aan de totale ontlading van het accupack te voorkomen, schakelt het apparaat zichzelf uit voordat het accupack volledig ontladen is.

      • Schakel het apparaat uit en verplaats het naar de parkeerpositie, als het werk wordt onderbroken en aan het einde van het werk. Als het apparaat in de parkeerpositie staat, raken de reinigingsrollen de vloer niet.


      • Plaats het apparaat bij het parkeren niet tegen muren, deuren of andere voorwerpen, maar breng het apparaat in de parkeerpositie.


      Met de werkzaamheden beginnen

      LET OP

      Ongecontroleerde beweging

      Apparaatschade en materiële schade

      Zodra het apparaat wordt ingeschakeld, beginnen de reinigingsrollen te draaien.

      Houd de handgreep vast zodat het apparaat niet zelfstandig beweegt.

      LET OP

      Niet-geplaatst schoon- of vuilwaterreservoir

      Materiële schade

      Controleer voor reinigingswerkzaamheden of het schoonwaterreservoir met water is gevuld en het vuilwaterreservoir in het apparaat is geplaatst.

      1. Verwijder de reinigingsrollen van het apparaat (zie hoofdstuk Reinigingsrollen reinigen).

      2. Bevochtig de reinigingsrollen met schoon water.

      3. Monteer de reinigingsrollen.

      4. De AAN/UIT-schakelaar indrukken.


        Het apparaat wordt ingeschakeld.

      5. Activeer de boost-functie om hardnekkig vuil te verwijderen (zie hoofdstuk Algemene aanwijzingen over bediening).

      Leeg het vuilwaterreservoir

      • Maak de vuilwaterreservoir leeg zodra het schoonwaterreservoir leeg is of het apparaat geen vocht meer opneemt en er water op de vloer blijft staan.

      1. De AAN/UIT-schakelaar indrukken.


        Het apparaat schakelt uit.

      2. Breng het apparaat in parkeerpositie (zie hoofdstuk Algemene aanwijzingen over bediening).

      3. Ontgrendel de twee vergrendelingskleppen op het apparaat.


        Het vuilwaterreservoir wordt losgemaakt van het apparaat.

      4. Til het apparaat op en zet het opzij.

      5. Om het naar het ledigingspunt te transporteren, het vuilwaterreservoir niet vast aan het deksel vasthouden, maar met beide handen aan de zijkant van de lekbak. Houd het vuilwaterreservoir horizontaal, anders kan vuil water ontsnappen.

      6. Leeg het vuilwaterreservoir.


        Spoel bij hardnekkig vuil het vuilwaterreservoir schoon met leidingwater (zie hoofdstuk Reinig het vuilwaterreservoir).

      7. De veegladen reinigen (zie hoofdstuk Veegladen reinigen).

      8. Monteer het vuilwaterreservoir in omgekeerde volgorde.

      Werking onderbreken

      LET OP

      Gevaar voor beschadiging door vocht en reinigingsmiddelen en het apparaat kan omvallen

      Gevaar voor materiële schade bij gevoelige vloeren en op de reinigingsrollen door langdurige blootstelling aan vocht en reinigingsmiddelen.

      Gevaar voor materiële schade door kantelen van het apparaat.

      Breng het apparaat bij werkonderbrekingen en na het werken altijd in de parkeerpositie.

      Plaats het apparaat tijdens het neerzetten niet tegen muren, deuren of andere voorwerpen.

      1. De AAN/UIT-schakelaar indrukken.


        Het apparaat schakelt uit.

      2. Breng het apparaat in parkeerpositie (zie hoofdstuk Algemene aanwijzingen over bediening).

      Reinigingsrollen spoelen

      Met de spoelfunctie kan bij sterke vervuiling een tussenreiniging van de reinigingsrollen worden uitgevoerd.

      Instructie

      Na werkeinde en voordat het apparaat wordt opgeborgen moeten de reinigingsrollen worden verwijderd en onder stromend water of in de wasmachine worden gereinigd (zie hoofdstuk Reinigingsrollen reinigen). De spoelfunctie is geen vervanging voor de laatste grondige reiniging.

      1. De AAN/UIT-schakelaar indrukken.


        Het apparaat schakelt uit.

      2. Breng het apparaat in parkeerpositie (zie hoofdstuk Algemene aanwijzingen over bediening).

      3. Controleer het niveau in het schoonwaterreservoir; dit moet minimaal 50% bedragen.

        Vul indien nodig de schoonwaterreservoir dienovereenkomstig (zie hoofdstuk Schoonwaterreservoir vullen).

      4. De toets boost-functie indrukken en ingedrukt houden.


      5. Houd de AAN/UIT-schakelaar ingedrukt.

        Na ca. 3 sec. wordt de spoelfunctie geactiveerd; de reinigingsrollen draaien en worden gespoeld.

        De AAN/UIT-schakelaar indrukken.

      6. Laat de toets boost-functie en de AAN/UIT-schakelaar los.

      7. Na ca. 2 min schakelt het apparaat automatisch uit.

        De spoelfunctie kan op elk moment worden beëindigd door op de AAN/UIT-schakelaar te drukken.

      8. Leeg het vuilwaterreservoir (zie hoofdstuk Leeg het vuilwaterreservoir).

      9. Controleer het vulpeil in het schoonwaterreservoir, vul indien nodig het verswaterreservoir dienovereenkomstig (zie hoofdstuk Schoonwaterreservoir vullen).

      Werking beëindigen

      1. De AAN/UIT-schakelaar indrukken.


        Het apparaat schakelt uit.

      2. Breng het apparaat in parkeerpositie (zie hoofdstuk Algemene aanwijzingen over bediening).

      3. Druk op de ontgrendelingsknop van het accupack en trek de accu uit het accupack.


      4. Het accupack opladen.

        Ook accupacks die slechts gedeeltelijk zijn ontladen, na gebruik weer opladen.

      5. LET OP

        Vast vuil

        Vast vuil kan op den duur het apparaat beschadigen.

        Het wordt aanbevolen om het apparaat na elk gebruik volledig schoon te maken.

      6. Het apparaat reinigen (zie hoofdstuk Apparaat reinigen).

      Apparaat opbergen

      LET OP

      Risico op beschadiging en geurontwikkeling door vloeistoffen en vochtig vuil

      Vloeistoffen en vochtig vuil in het apparaat kunnen leiden tot bacteriële accumulatie en geurontwikkeling, als ze niet wordt gebruiken of worden opgeslagen.

      Vochtig vuil kan in het apparaat en op de reinigingsrollen opdrogen en de reinigingsprestaties van het apparaat nadelig beïnvloeden.

      Maak het schoon- en vuilwaterreservoir leeg aan het einde van het werk en voor opberging van het apparaat.

      Reinig het vuilwaterreservoir, de veegladen en de reinigingsrollen.

      Laat de schone reinigingsrollen gereinigde rollen aan de lucht drogen, bijv. op het apparaat gemonteerd of verticaal opgesteld. Plaats de natte reinigingsrollen niet op vochtgevoelige oppervlakken, in gesloten containers of kasten.

      1. Het apparaat reinigen (zie hoofdstuk Apparaat reinigen).

      2. Het vuilwaterreservoir reinigen (zie hoofdstuk Reinig het vuilwaterreservoir).

      3. De veegladen reinigen (zie hoofdstuk Veegladen reinigen).

      4. De reinigingsrollen reinigen (zie hoofdstuk Reinigingsrollen reinigen).

      5. Laad het accupack op (zie gebruiksaanwijzingen van het accupack en de oplader).

      6. Breng het apparaat in parkeerpositie (zie hoofdstuk Algemene aanwijzingen over bediening) en bewaar het in een droge binnenruimte.

      vervoer

      VOORZICHTIG

      Niet in acht nemen van het gewicht

      Gevaar voor letsel en beschadiging

      Houd bij het vervoer rekening met het gewicht van het apparaat.

      1. Voor het dragen van het apparaat in de greepschaal onder de opname accupack vasthouden.


      2. Apparaat bij transport in voertuigen conform de richtlijnen tegen wegglijden en omvallen beveiligen.

      Opslag

      VOORZICHTIG

      Niet in acht nemen van het gewicht

      Gevaar voor letsel en beschadiging

      Houd bij de opslag rekening met het gewicht van het apparaat.

      Het apparaat mat alleen in binnenruimtes worden opgeslagen.

      1. Druk op de ontgrendelingsknop van het accupack en trek het accupack eruit om ontladen van de accu te voorkomen.


      Apparaat reinigen

      Apparaat reinigen

      LET OP

      Risico op beschadiging en geurontwikkeling door vloeistoffen en vochtig vuil

      Vloeistoffen en vochtig vuil in het apparaat kunnen leiden tot bacteriële accumulatie en geurontwikkeling, als ze niet wordt gebruiken of worden opgeslagen.

      Vochtig vuil kan in het apparaat en op de reinigingsrollen opdrogen en de reinigingsprestaties van het apparaat nadelig beïnvloeden.

      Maak het schoon- en vuilwaterreservoir leeg aan het einde van het werk en voor opberging van het apparaat.

      Reinig het vuilwaterreservoir, de veegladen en de reinigingsrollen.

      Laat de schone reinigingsrollen gereinigde rollen aan de lucht drogen, bijv. op het apparaat gemonteerd of verticaal opgesteld. Plaats de natte reinigingsrollen niet op vochtgevoelige oppervlakken, in gesloten containers of kasten.

      1. De AAN/UIT-schakelaar indrukken.


        Het apparaat schakelt uit.

      2. Breng het apparaat in parkeerpositie (zie hoofdstuk Algemene aanwijzingen over bediening).

      3. Veeg vuil en resten schoonmaakmiddel van de behuizing weg met een vochtige doek.

      4. Verwijder het verswaterreservoir, maak het leeg en plaats het terug in het apparaat (zie hoofdstuk Schoonwaterreservoir vullen).

      Reinig het vuilwaterreservoir

      LET OP

      Vast vuil

      Vast vuil kan op den duur het apparaat beschadigen.

      Aanbevolen wordt om het apparaat na elk gebruik te reinigen.

      Reinig het vuilwaterreservoir regelmatig.

      1. De AAN/UIT-schakelaar indrukken.


        Het apparaat schakelt uit.

      2. Breng het apparaat in parkeerpositie (zie hoofdstuk Algemene aanwijzingen over bediening).

      3. Leeg het vuilwaterreservoir (zie hoofdstuk Leeg het vuilwaterreservoir).

      4. Trek aan de dekselgreep en verwijder het deksel.


      5. Reinig het vuilwaterreservoir en het deksel met leidingwater.


      6. Laat de vuilwaterschaal en het deksel drogen of droog ze af met een pluisvrije doek.

      7. Monteer het vuilwaterreservoir in omgekeerde volgorde en plaats het in het apparaat.

      Veegladen reinigen

      LET OP

      Vast vuil

      Vast vuil kan op den duur het apparaat beschadigen.

      Aanbevolen wordt om het apparaat na elk gebruik te reinigen.

      Reinig de veegladen regelmatig.

      1. De AAN/UIT-schakelaar indrukken.


        Het apparaat schakelt uit.

      2. Breng het apparaat in parkeerpositie (zie hoofdstuk Algemene aanwijzingen over bediening).

      3. Demonteer het vuilwaterreservoir (zie hoofdstuk Leeg het vuilwaterreservoir).

      4. Demonteer de veegladen.

        1. De veegladen aan de zijkant ontgrendelen en er naar voren uitzwenken.

        2. De veegladen er opzij uitnemen.


      5. Reinig beide veegladen onder stromend water.


      6. Verwijder de reinigingsborstel uit het deksel van het vuilwaterreservoir en verwijder eventueel vastzittend vuil in de kammen (omlijst weergegeven).

      7. Monteer beide veegladen in omgekeerde volgorde.

      Reinigingsrollen reinigen

      LET OP

      Reinigingsmiddelresten in de reinigingsrollen

      Schuimvorming

      Was de rollen onder stromend water na elk gebruik of reinig de rollen in de wasmachine.

      LET OP

      Schade door het reinigen van de rollen met wasverzachter of met behulp van een wasdroger

      Beschadiging van de microvezels

      Gebruik bij het wassen van de reinigingsrollen in de wasmachine geen wasverzachter.

      Plaats de reinigingsrollen niet in de wasdroger.

      De reinigingsrollen niet bleken of strijken.

      1. De AAN/UIT-schakelaar indrukken.


        Het apparaat schakelt uit.

      2. Breng het apparaat in parkeerpositie (zie hoofdstuk Algemene aanwijzingen over bediening).

      3. Reik in de verzonken handgrepen aan de zijkant van de reinigingsrollen en schroef de reinigingsrollen eruit.


      4. Reinig de reinigingsrollen onder stromend water of in de wasmachine bij max. 60 °C.


      5. Reinig de rolaandrijvingen met een vochtige doek.

      6. Draai de reinigingsrollen op de rolaandrijvingen. Let op de kleurtoewijzing van de binnenkant van de rol en de rolaandrijving (groen naar groen en blauw naar blauw).


      7. De rollen op het apparaat gemonteerd of staand laten drogen.

      Waterverdeelstrip reinigen

      LET OP

      Vast vuil

      Vast vuil kan op den duur het apparaat beschadigen.

      Aanbevolen wordt om het apparaat na elk gebruik te reinigen.

      Reinig de waterverdeelstrips regelmatig.

      1. De AAN/UIT-schakelaar indrukken.


        Het apparaat schakelt uit.

      2. Breng het apparaat in parkeerpositie (zie hoofdstuk Algemene aanwijzingen over bediening).

      3. Demonteer het vuilwaterreservoir (zie hoofdstuk Leeg het vuilwaterreservoir).

      4. Demonteer de reinigingsrollen (zie hoofdstuk Reinigingsrollen reinigen).

      5. Verwijder de afdekkingen van de waterverdeelstrips.


        Montage-instructie

        Let op de markeringen aan de zijkant op de afdekkingen en op het apparaat (L naar L en R naar R).

      6. Reinig de afdekkingen onder stromend water.

      7. Reinig beide waterverdeelstrips (omlijst weergegeven) met een vochtige doek.


      8. Controleer de toevoeropeningen voor vers water (pijlen) op vervuiling, verwijder eventueel hardnekkig vuil met de reinigingsborstel.

      9. In omgekeerde volgorde monteren.

      Hulp bij storingen

      Storingen hebben vaak oorzaken die eenvoudig met behulp van het volgende overzicht kunnen worden verholpen. Neem bij twijfel of storingen die hier niet worden vermeld contact op met de erkende klantenservice.

      • De reinigingsrollen draaien niet en het waarschuwingslampje gaat branden 

      • Het apparaat kan niet worden ingeschakeld 

      • Het apparaat neemt geen vuil op 

      • De reinigingsrollen zijn te droog 

      • Reinigingsresultaat niet bevredigend 

      • De wateropname is niet optimaal 

      • Het apparaat verliest vuil water 

      De reinigingsrollen draaien niet en het waarschuwingslampje gaat branden

      Oorzaak:

      De veiligheidsuitschakeling van de aandrijfmotor werd geactiveerd, bijv. door te sterke druk op de reinigingsrollen of het rijden tegen een wand of hoek.

      Oplossing:

      • De AAN/UIT-schakelaar 2 keer indrukken.

        Beweeg het apparaat tijdens het reinigen alleen voor- en achteruit, oefen geen druk uit op het apparaat.

      Oorzaak:

      De reinigingsrollen zijn geblokkeerd.

      Oplossing:

      • Controleer of er een voorwerp bij de reinigingsrollen is ingeklemd. Verwijder vastklemmende voorwerpen.

      • Controleer of er zich in de veeglade vuil heeft opgehoopt en verwijderd het (zie hoofdstuk Veegladen reinigen).

      • Controleer of de veegladen correct zijn geplaatst. Hiervoor de veegladen verwijderen en opnieuw plaatsen.

      Het apparaat kan niet worden ingeschakeld

      Oorzaak:

      Het accupack is leeg.

      Oplossing:

      • Neem het accupack uit de accupackhouder en laad deze op (zie hoofdstuk Werking beëindigen).

      • Schuif het opgeladen accupack in de accupackhouder tot deze hoorbaar vastklikt (zie hoofdstuk Accupack plaatsen).

      Oorzaak:

      Het accupack is niet vergrendeld in de accupackhouder.

      Oplossing:

      • Duw de accu in het accupack tot deze vastklikt (zie hoofdstuk Accupack plaatsen).

      Het apparaat neemt geen vuil op

      Oorzaak:

      Er zit geen water in het schoonwaterreservoir.

      Oplossing:

      • Vul het schoonwaterreservoir (zie hoofdstuk Schoonwaterreservoir vullen).

      Oorzaak:

      Het schoonwaterreservoir is niet correct in het apparaat bevestigd.

      Oplossing:

      • Het schoonwaterreservoir zodanig plaatsen dat het vast in het apparaat zit.

      Oorzaak:

      Het vuilwaterreservoir ontbreekt of zit niet goed in het apparaat.

      Oplossing:

      • Controleer of het deksel correct op het vuilwaterreservoir is gemonteerd (zie hoofdstuk Reinig het vuilwaterreservoir).

      Oplossing:

      • Plaats het vuilwaterreservoir in het apparaat en bevestig het correct.

      Oorzaak:

      De veegladen ontbreken of zijn niet correct in het vuilwaterreservoir aangebracht.

      Oplossing:

      • Plaats de veegladen correct in het vuilwaterreservoir (zie hoofdstuk Veegladen reinigen).

      Oorzaak:

      De reinigingsrollen ontbreken of passen niet correct in het apparaat.

      Oplossing:

      • Plaats de reinigingsrollen of schroef ze correct op de rolaandrijvingen (zie hoofdstuk Reinigingsrollen reinigen).

      Oorzaak:

      De reinigingsrollen zijn vuil of versleten.

      Oplossing:

      • Reinig of vervang de reinigingsrollen.

      Oorzaak:

      De waterverdeelstrips zijn vuil.

      Oplossing:

      • Reinig de waterverdeelstrips (zie hoofdstuk Waterverdeelstrip reinigen).

      De reinigingsrollen zijn te droog

      Oorzaak:

      De reinigingsrollen zijn niet voldoende bevochtigd.

      Oplossing:

      • Bevochtig de reinigingsrollen door de boost-functie te activeren (zie hoofdstuk Algemene aanwijzingen over bediening).

      Oorzaak:

      Het schoonwaterfilter is vuil.

      Oplossing:

      • Reinig het schoonwaterfilter.

        1. Verwijder het schoonwaterreservoir (zie hoofdstuk Schoonwaterreservoir vullen).


        2. Verwijder het schoonwaterfilter.

        3. Het schoonwaterfilter onder stromend water reinigen.

        4. In omgekeerde volgorde monteren.

      Reinigingsresultaat niet bevredigend

      Oorzaak:

      Rollen werden voor het eerste gebruik niet gewassen.

      Oplossing:

      • Was de reinigingsrollen op 60 °C in de wasmachine (zie hoofdstuk Reinigingsrollen reinigen).

      Oorzaak:

      De reinigingsrollen zijn vuil.

      Oplossing:

      • Reinig de reinigingsrollen.

      Oorzaak:

      De reinigingsrollen zijn niet voldoende bevochtigd.

      Oplossing:

      • Bevochtig de reinigingsrollen door de boost-functie te activeren (zie hoofdstuk Met de werkzaamheden beginnen).

      Oorzaak:

      De waterverdeelstrips zijn vuil.

      Oplossing:

      • Reinig de waterverdeelstrips (zie hoofdstuk Waterverdeelstrip reinigen).

      Oorzaak:

      Er werd een verkeerd reinigingsmiddel of een verkeerde dosering gebruikt.

      Oplossing:

      • Gebruik alleen reinigingsmiddel van KÄRCHER en let op de juiste dosering.

      Oorzaak:

      Er zijn resten van ongeschikte reinigingsmiddelen op de bodem.

      Oplossing:

      • Reinig de rollen grondig met water om reinigingsmiddelresten te verwijderen.

      • Reinig de vloer meerdere keren met het apparaat en schone reinigingsrollen zonder reinigingsmiddel te gebruiken.

        De reinigingsmiddelresten op de vloer worden verwijderd.

      De wateropname is niet optimaal

      Oorzaak:

      De veegladen zijn niet correct aangebracht.

      Oplossing:

      • Plaats de veegladen correct in het apparaat (zie hoofdstuk Veegladen reinigen).

      Oorzaak:

      De reinigingsrollen zijn versleten.

      Oplossing:

      • Vervang de reinigingsrollen (zie hoofdstuk Reinigingsrollen reinigen).

      Het apparaat verliest vuil water

      Oorzaak:

      Het vuilwaterreservoir is vol.

      Oplossing:

      • Leeg het vuilwaterreservoir (zie hoofdstuk Leeg het vuilwaterreservoir).

      Oorzaak:

      Het vuilwaterreservoir is niet correct in het apparaat bevestigd.

      Oplossing:

      • Plaats het vuilwaterreservoir correct in het apparaat (zie hoofdstuk Leeg het vuilwaterreservoir).

      Oorzaak:

      De veegladen zijn niet correct aangebracht.

      Oplossing:

      • Plaats de veegladen correct in het apparaat (zie hoofdstuk Veegladen reinigen).

      Oorzaak:

      Het vuilwaterreservoir is beschadigd.

      Oplossing:

      • Contact opnemen met de geautoriseerde klantenservice.

      Garantie

      In elk land gelden de garantievoorwaarden die door onze verantwoordelijke verkoopmaatschappij zijn uitgegeven. Mogelijke storingen aan uw apparaat verhelpen we binnen de garantieperiode gratis, voor zover een materiaal- of fabricagefout de oorzaak is. Als u gebruik wilt maken van de garantie, neemt u met uw aankoopbon contact op met uw distributeur of de dichtstbijzijnde geautoriseerde klantenservice.

      (adres zie achterzijde)

      Toebehoren en reserveonderdelen

      Gebruik alleen origineel toebehoren en originele reserveonderdelen. Deze garanderen een veilige en storingsvrije werking van het apparaat.

      Informatie over toebehoren en reserveonderdelen vindt u onder www.kaercher.com.

      Reserveonderdelenlijst

      Alleen originele KÄRCHER-accupacks gebruiken, geen batterijen die niet kunnen worden opgeladen.

      Aanduiding
      Bestelnummer
      Rollenset, standaard, grijs / blauw
      4.030-088.0
      Rollenset, hard, grijs / groen
      4.030-126.0
      CA 50 C, Floor Pro Professional (1,0 l)
      6.296-053.0
      Doseerkop
      6.393-185.0
      Accupack Battery Power 18/25 DW
      Accupack Battery Power 18/50 DW
      Accupack Battery Power+ 18/30 DW
      Snellader Battery Power 18/25
      2.445-032.0
      Snellader Battery Power+ 18/60
      2.445-044.0
      Universele lader Battery Power+ 18-36/60
      2.445-054.0

      EU-conformiteitsverklaring

      Hiermee verklaren wij dat de hierna vermelde machine op basis van het ontwerp en type en in de door ons op de markt gebrachte uitvoering voldoet aan de relevante veiligheids- en gezondheidsvereisten van de EU-richtlijnen. Bij een niet door ons goedgekeurde wijziging van de machine verliest deze verklaring zijn geldigheid.

      Product: bodemreiniger

      Type: 1.783-xxx

      Relevante EU-richtlijnen

      2006/42/EG (+2009/127/EG)

      2014/30/EU

      2011/65/EU

      Toegepaste geharmoniseerde normen

      EN 60335-1

      EN 60335-2-72

      EN 62233: 2008

      EN 55014-1: 2017 + A11: 2020

      EN 55014-2: 2015

      EN IEC 63000: 2018

      De ondergetekenden handelen in opdracht en met volmacht van de directie.


      Gevolmachtigde voor de documentatie:

      S. Reiser

      Alfred Kärcher SE & Co. KG

      Alfred-Kärcher-Str. 28 - 40

      71364 Winnenden (Germany)

      Tel.: +49 7195 14-0

      Fax: +49 7195 14-2212

      Winnenden, 2021/04/01

      Technische gegevens

        

      Elektrische aansluiting
      Nominale spanning
      18 DC V
      Nominaal vermogen
      70 W
      Beschermingsklasse
      III
      Beschermingsgraad
      IPX4
      Gegevens capaciteit apparaat
      Aantal omwentelingen van de rol per minuut reinigingsniveau 1
      500 U/min
      Aantal omwentelingen per minuut boost-functie
      650 U/min
      Bedrijfstijd bij volledig opgeladen accu
      45 min
      Inhoud
      Volume verswaterreservoir
      1000 ml
      Volume vuilwaterreservoir
      700 ml
      Afmetingen en gewichten
      Gewicht (zonder toebehoren en reinigingsvloeistof)
      6,1 kg
      Lengte
      340 mm
      Breedte
      305 mm
      Hoogte
      1200 mm
      Berekende waarden conform EN 60335-2-72
      Hand-arm-vibratiewaarde
      0,4 m/s2
      Onzekerheid K
      0,2 m/s2
      Geluidsdrukniveau LpA
      55 dB(A)
      Onzekerheid KpA
      2 dB(A)
      Geluidsvermogensniveau LWA + onzekerheid KWA
      71 dB(A)
      <BackPage>

       



      </BackPage>