CV 60/1 RS BPCV 60/1 RS Bp Pack

5.978-843.0 (10/23)
5.978-843.0 (10/23)
Voordat u het apparaat voor het eerst gebruikt, dient u deze originele gebruiksaanwijzing en de meegeleverde veiligheidsinstructies door te lezen en deze in acht te nemen.
Bewaar beide documenten voor later gebruik of volgende eigenaars.
Het apparaat wordt gebruikt voor het stofzuigen van tapijtoppervlakken. Het vuil wordt met borstels van het tapijt losgemaakt, opgezogen en in een filterzak opgevangen.
Een werkbreedte van 600 mm maakt effectief gebruik gedurende lange perioden mogelijk.
Het apparaat is zelfrijdend.
De batterijen kunnen met behulp van een oplaadapparaat aan een 110-240V-contactdoos worden opgeladen.
Alle varianten hebben een ingebouwd oplaadapparaat.
Bij de variant CV 60/1 RS Bp Pack zijn de batterijen in de leveringsomvang inbegrepen.
Voor de variant CV 60/1 RS Bp moeten de batterijen afzonderlijk worden besteld.Overeenkomstig de desbetreffende reinigingstaak en gebruiksplaats kan het apparaat met verschillend toebehoren worden uitgerust.
Vraag naar onze catalogus of bezoek ons op internet op www.kaercher.com.
Gebruik dit apparaat uitsluitend overeenkomstig de gegevens in deze gebruiksaanwijzing.
Het apparaat mag alleen worden gebruikt voor het stofzuigen van droge tapijtvloeren.
Het apparaat mag alleen worden uitgerust met originele toebehoren en reserveonderdelen.
Het apparaat is niet bedoeld voor het reinigen van openbare verkeerswegen.
Het bedrijfstemperatuurbereik ligt tussen +5°C en +40°C.
Het apparaat mag niet worden gebruikt op drukgevoelige vloeren. Houd rekening met de toelaatbare oppervlaktebelasting van de vloer. De oppervlaktebelasting door het apparaat is aangegeven in de technische gegevens.
Het apparaat is niet geschikt voor gebruik in explosiegevaarlijke omgevingen.
Het apparaat is niet geschikt voor het opzuigen van stoffen die schadelijk zijn voor de gezondheid.
Reactief metaalstof (bijv. aluminium, magnesium, zink) vormt explosieve gassen in combinatie met sterk alkalische of zure reinigingsmiddelen.
De verpakkingsmaterialen zijn herbruikbaar. Verwijder verpakkingen op een milieuvriendelijke manier.
Elektrische en elektronische apparaten bevatten waardevolle recyclebare materialen en vaak bestanddelen zoals batterijen, accu's of olie, die bij onjuiste omgang of verkeerd afvalverwijdering een potentieel gevaar voor de gezondheid van de mens en voor het milieu kunnen vormen. Voor een correcte werking van het apparaat zijn deze bestanddelen echter noodzakelijk. Voer apparaten met dit symbool niet samen met het huisvuil af.
Actuele informatie over ingrediënten vindt u op: www.kaercher.de/REACH
In elk land gelden de garantievoorwaarden die door onze verantwoordelijke verkoopmaatschappij zijn uitgegeven. Mogelijke storingen aan uw apparaat verhelpen we binnen de garantieperiode gratis, voor zover een materiaal- of fabricagefout de oorzaak is. Als u gebruik wilt maken van de garantie, neemt u met uw aankoopbon contact op met uw distributeur of de dichtstbijzijnde geautoriseerde klantenservice.
Meer informatie vindt u op: www.kaercher.com/dealersearch
Controleer de inhoud bij het uitpakken op volledigheid. Bij ontbrekend toebehoren of bij transportschade neemt u contact op met uw distributeur.
Gebruik alleen origineel toebehoren en originele reserveonderdelen. Deze garanderen een veilige en storingsvrije werking van het apparaat.
Informatie over toebehoren en reserveonderdelen vindt u onder www.kaercher.com.
Aanwijzing voor direct dreigend gevaar dat tot zware of dodelijke verwondingen leidt.
Aanwijzing voor een mogelijk gevaarlijke situatie die tot zware of dodelijke verwondingen kan leiden.
Aanwijzing voor een mogelijk gevaarlijke situatie die tot lichte verwondingen kan leiden.
Aanwijzing voor een mogelijk gevaarlijke situatie die tot materiële schade kan leiden.
Lees vóór het eerste gebruik van het apparaat deze gebruiksaanwijzing en de meegeleverde brochure Veiligheidsinstructies voor nat en droog stofzuigen nr. 5.956-249.0, neem deze in acht en handel overeenkomstig.
Kantelgevaar bij te grote hellingen! Neem bij het rijden op hellingen de maximaal toegestane waarden in de technische gegevens in acht.
Kantelgevaar bij te grote zijdelingse helling! Neem bij het rijden dwars op de rijrichting de maximaal toegestane waarden in de technische gegevens in acht.
Kantelgevaar bij instabiele ondergrond! Gebruik het voertuig uitsluitend op verharde ondergrond.
De lijst met aanwijzingen m.b.t. het kantelgevaar maakt geen aanspraak op volledigheid.
Gevaar voor ongevallen door niet aangepaste snelheid. Rijd langzaam in bochten.
Neem de bedrijfsinstructies van de fabrikant van de batterij en het oplaadapparaat in acht. Neem de aanbevelingen van de wetgever m.b.t. de omgang met batterijen in acht.
Gevaar voor beschadiging van AGM- en gelbatterijen!
Het openen of boren van de batterijbehuizing leidt tot beschadiging van de AGM- of gelbatterij, waardoor deze moet worden vervangen.
Open de batterijbehuizing niet en boor geen gaten.
Bedek het overdrukventiel niet en verander het niet.
Gevaar van schade door verkeerde behandeling van de batterij!
Onjuiste behandeling kan de batterij beschadigen.
Gebruik de batterij niet als deze zichtbaar beschadigd is.
Laad, ontlaad, gebruik en bewaar de batterij alleen binnen de toegestane gebruiksgrenzen.
Wijzig, vervorm, open of demonteer de batterij niet.
Til de batterij niet op aan de aansluitkabels.
Dompel de batterij niet onder in water of andere vloeistoffen.
Laad de batterij niet op in de buurt van ontvlambare of explosieve materialen, vloeistoffen of oppervlakken.
In noodgevallen op de noodstopknop drukken.
Het apparaat wordt dan buiten werking gesteld en de parkeerrem wordt ingeschakeld.
Ontbrekende of gewijzigde veiligheidsinrichtingen!
Veiligheidsinrichtingen zijn er voor uw veiligheid.
Veiligheidsinrichtingen mogen niet worden omzeild, verwijderd of buiten werking worden gesteld.
Als de sleutelschakelaar er is uitgetrokken, is het apparaat beveiligd tegen onbevoegd gebruik.
Als de noodstoptoets wordt ingedrukt, worden alle functies van het apparaat onmiddellijk uitgeschakeld.
Bovendien wordt de parkeerrem geactiveerd.
De rijaandrijving kan alleen worden geactiveerd wanneer de bediener op het veiligheidspedaal staat.
Zodra de linker of rechter zijdeur wordt geopend, worden alle functies van het apparaat onmiddellijk buiten werking gesteld. Bovendien wordt de parkeerrem geactiveerd.
Neem bij de omgang met accu’s volgende waarschuwingsinstructies in acht:
![]() | Aanwijzingen in de gebruiksaanwijzing van de accu en op de accu alsook in deze gebruiksaanwijzing in acht nemen. |
![]() | Oogbescherming dragen. |
![]() | Kinderen uit de buurt van zuur en accu houden. |
![]() | Explosiegevaar |
![]() | Vuur, vonken, open licht en roken verboden. |
![]() | Verbrandingsgevaar |
![]() | Eerste hulp. |
![]() | Waarschuwing |
![]() | Afvalverwijdering |
![]() | Accu niet in de vuilnisbak gooien. |
* optioneel
![]() | Afzuiging |
![]() | Zijbezem |
![]() | Veegwals |
![]() | Rijrichting vooruit/achteruit |
![]() | Maximaal toegestane helling (10%) |
Bedieningselementen voor het reinigingsproces zijn geel.
Bedieningselementen voor onderhoud en service zijn lichtgrijs.
De sleutelschakelaar op "1" zetten.
Op de gewenste Reinigingsprogramma drukken.
Aanduiding | Beschrijving |
"Instellingen" | Voor bewerking van de instellingen. |
"Transportrit" | Voor transport van het apparaat. |
"Veegzuigen" | Voor het reiniging tijdens het rijden. |
"ECO-functie" | Voor een geluidsarme reiniging. |
"Toebehoren"* | Voor precisiereiniging. |
*Optioneel
De sleutelschakelaar op "1" zetten.
Navigatie door het menu gebeurt met behulp van de knoppen onder het display.
De knop "Instellingen" selecteren en op Toets "Bevestigen" drukken.
De knop "Configuratie" selecteren en op Toets "Bevestigen" drukken.
De gewenste taal selecteren en op Toets "Bevestigen" drukken.
De sleutelschakelaar op "1" zetten.
Navigatie door het menu gebeurt met behulp van de knoppen onder het display.
De knop "Instellingen" selecteren en op Toets "Bevestigen" drukken.
De knop "Configuratie" selecteren en op Toets "Bevestigen" drukken.
De knop "Apparaatinformatie" selecteren en op Toets "Bevestigen" drukken.
De gewenste informatie selecteren en op Toets "Bevestigen" drukken.
De sleutelschakelaar op "1" zetten.
Navigatie door het menu gebeurt met behulp van de knoppen onder het display.
De knop "Instellingen" selecteren en op Toets "Bevestigen" drukken.
De knop "Configuratie" selecteren en op Toets "Bevestigen" drukken.
De knop "Voorkeuren" selecteren en op Toets "Bevestigen" drukken.
De knop "Achteruitrijsignaal" selecteren en op Toets "Bevestigen" drukken.
Op de knop "Achteruitrijsignaal" "inschakelen" en Toets "Bevestigen" drukken.
De functie "Achteruitrijsignaal" is nu geactiveerd.
De knop selecteren en op Toets "Bevestigen" drukken.
Op de knop "Dagelijks onderhoud" "inschakelen" en Toets "Bevestigen" drukken.
De functie "Dagelijks onderhoud" is nu geactiveerd.
Door "inschakelen" van de knop wordt de gebruiker geïnformeerd wanneer het apparaat onderhoud nodig heeft.
De knop "Resetten naar fabrieksinstellingen" selecteren en op Toets "Bevestigen" drukken.
De knop "Ja, resetten" selecteren en op Toets "Bevestigen" drukken.
"Resetten naar fabrieksinstellingen"wordt nu uitgevoerd.
De knop "Configuratie" selecteren en op Toets "Bevestigen" drukken.
De knop "Voorkeuren" selecteren en op Toets "Bevestigen" drukken.
De knop ”How-to Guide” selecteren en op Toets "Bevestigen" drukken.
De QR-code scannen met een smartphone.
Wegrollend apparaat
Gevaar voor ongevallen door ontbrekende remwerking
Druk na het duwen de ontgrendelingshendel omlaag.
Te hoge snelheid bij het duwen
Beschadigingsgevaar
Duw het apparaat niet sneller dan 7 km/u.
Bij stilstand wordt het wegrollen voorkomen door een elektrische parkeerrem. Om het apparaat te kunnen verplaatsen, moet de parkeerrem worden ontgrendeld.
De ontgrendelingshendel omhoog drukken.
De parkeerrem is nu ontgrendeld.
Het apparaat uitpakken.
De schroeven losdraaien en de houten krat verwijderen.
(De schroeven zijn later nodig om de houten plaat te bevestigen).
De verpakkingsbanden van kunststof doorsnijden en de verpakkingsfolie verwijderen.
De blokkeringen van de wielen verwijderen.
De houten plank als oprijplaat onder het apparaat achter de pallet leggen.
De houten plank met de schroeven bevestigen.
De houders vooraan en achteraan losschroeven.
De parkeerrem lossen met behulp van de hendel.
Het apparaat over de oprijplaat van de pallet duwen (zie hoofdstuk Apparaat duwen.
De parkeerrem met de hendel vastzetten.
De deksel openen.
Het stuurwiel en de zak met losse onderdelen uit de binnenkant van het deksel nemen.
Het voorwiel in de stand recht vooruit zetten.
De tussenas plaatsen.
De schroef en de borgring in de tussenas leggen.
De tussenas bevestigen.
Het stuurwiel aanbrengen en de borgring bevestigen.
De stuurwielafdekking aanbrengen.
Explosiegevaar!
Gevaar van letsel en beschadiging
Leg geen gereedschappen en dergelijke op de batterij, d.w.z. op de eindpolen en celverbinders.
Vermijd absoluut roken en open vuur.
Zorg bij het laden van batterijen in ruimtes voor een goede ventilatie.
Gebruik uitsluitend door Kärcher vrijgegeven batterijen en oplaadapparaten (originele reserveonderdelen).
Gevaar voor letsel!
Breng wonden nooit in contact met lood.
Na het werken met accu's altijd handen wassen.
Maximale afmetingen batterij
Lengte | Breedte | Hoogte |
516 mm | 350 mm | 285 mm |
Als bij de Bp-variant natte batterijen worden gebruikt, moet het volgende in acht worden genomen:
De maximale batterij-afmetingen moeten worden nageleefd.
Bij het opladen van natte batterijen moet de zijdeur worden geopend.
Bij het opladen van natte batterijen moeten de instructies van de fabrikant van de batterij in acht worden genomen.
Batterijset | Bestelnr. |
Set 3x12V/115Ah, onderhoudsvrij (AGM) | 2.815-145.0 |
Batterij plaatsen en aansluiten
Gevaar voor beschadiging van de besturingselektronica!
De besturingselektronica kan worden vernield door de polariteit van de batterijaansluitingen om te keren.
Let bij het aansluiten van de accu op juiste poling.
Bij de variant Bp Pack is de batterij al ingebouwd.
De beveiliging tegen volledige ontlading van het apparaat is ingesteld op het voorziene batterijtype. Bij gebruik van een ander type batterij moet de beveiliging tegen volledige ontlading opnieuw worden ingesteld door de klantenservice.
De zijdeur verwijderen.
De batterijen vanaf de rechterkant in het apparaat zetten.
De polen met de meegeleverde verbindingsleidingen verbinden.
De meegeleverde aansluitkabel op de nog vrije batterijpolen (+) en (-) klemmen.
De zwarte extra kabel samen met de verbindingskabel (-) aansluiten op de negatieve pool.
Beschadigingsgevaar!
De batterijkabel kan worden beschadigd door pletten.
Vervang de beschadigde batterijkabel.
Gevaar voor letsel door de oplader!
Elektrische schok door onjuist gebruik van de oplader!
Neem de netspanning en de zekering op het typeplaatje van het apparaat in acht.
Gebruik het oplaadapparaat alleen in droge ruimtes met voldoende ventilatie.
Volume batterijlaadruimte | 3,96 l |
Minimale luchtuitwisseling | 1,6 m³/h |
Het apparaat beschikt over een beveiliging tegen volledige ontlading, d.w.z. dat als de nog toegestane minimale capaciteit wordt bereikt alleen nog kan worden gereden met het apparaat.
De oplaadtijd voor de batterij Set 3x12V/115Ah, onderhoudsvrij (AGM) is 5,5 uur.
Het apparaat direct naar het oplaadapparaat verplaatsen, hierbij hellingen vermijden.
De sleutelschakelaar op "0" zetten en de sleutel eruit trekken.
De netstekker van het apparaat uit de houder halen en hem op het lichtnet aansluiten.
Na het laadproces de netstekker van het oplaadapparaat uit het stopcontact halen en hem in de houder op het apparaat haken.
Letselgevaar door kantelen van het apparaat!
Het apparaat kan kantelen bij het uit- en inbouwen van de batterijen.
Zorg er bij het in- en uitbouwen van de accu's voor dat het apparaat veilig staat.
Gevaar voor beschadiging van de besturingselektronica!
De besturingselektronica kan worden vernield door de polariteit van de batterijaansluitingen om te keren.
Let bij het aansluiten van de accu op juiste poling.
De sleutelschakelaar op "0" zetten en de sleutel eruit trekken.
De hoofdschakelaar uitschakelen.
De zijdeur openen.
De kabel van de minpool van de accu losmaken.
De resterende kabels van de accu's losmaken.
De accu's eruit nemen.
De opgebruikte accu's conform de geldende bepalingen afvoeren.
Om alle functies onmiddellijk uit te schakelen, haalt u uw voet van het rijpedaal, drukt u op de noodstopknop en zet u de sleutelschakelaar op "0".
De onderhoudswerkzaamheden "voor het begin van de werking" uitvoeren (zie "Verzorging en onderhoud").
Levensgevaar door defecte parkeerrem!
Het apparaat kan ongecontroleerd gaan rollen als de parkeerrem niet goed werkt.
Controleer vóór elk gebruik de werking van de parkeerrem op een vlakke ondergrond.
De sleutelschakelaar op "0" zetten.
Op de noodstopknop drukken.
Als het apparaat met de hand kan worden geduwd, is de parkeerrem niet functioneel.
De ontgrendelingshendel van de parkeerrem omhoog drukken.
Als het apparaat met de hand kan worden geduwd, is de parkeerrem defect.
Het apparaat buiten bedrijf stellen en de klantenservice bellen.
Gevaar van ongevallen
Als het apparaat niet voldoende remkracht vertoont bij het rijden op een helling, druk dan op de noodstopknop.
De afdekking van het vuilreservoir openen.
De filterzak uit de voorraadhouder nemen.
De filterzak openvouwen.
De filterzak in het vuilreservoir leggen en de lip over het mondstuk schuiven.
De filterzak moet in de daarvoor bestemde haak worden gestoken zodat de witte schakelaar wordt ingedrukt.
De afdekking van het vuilreservoir sluiten.
Levensgevaar door brand of explosie bij volledig ontladen batterijen!
Verkeerd opladen van volledig ontladen batterijen kan brand veroorzaken.
Het apparaat niet gebruiken als de batterij volledig ontladen is.
In principe moet de batterij na elk reinigingsproces aangesloten blijven op het oplaadapparaat tot de volgende reinigingsbeurt.
Vóór de inbedrijfstelling van het apparaat zich ervan vergewissen dat de batterij opgeladen is.
De stroomonderbreker van het apparaat uitschakelen wanneer u het apparaat voor langer dan twee weken opbergt.
Zorgeloos rijden
Kantelgevaar
Rij in rijrichting. Rij dwars op de rijrichting alleen op stijgingen tot maximaal 10%.
Keer niet op hellingen.
Rijd langzaam in bochten en op natte grond.
Gebruik het apparaat uitsluitend op verharde vloer.
Om vertrouwd te raken met het apparaat, de eerste rijtests uitvoeren op een open plek met een vlakke ondergrond.
De rijrichting kan tijdens de reiniging worden gewijzigd. Zo kan door meerdere keren voor- en achteruitbewegen een geselecteerd punt intensief worden gereinigd.
Op het standvlak gaan staan.
Het rijpedaal niet bedienen.
De noodstoptoets ontgrendelen door deze te draaien.
De sleutelschakelaar op "1" zetten.
De snelheid instellen met de draaiknop Snelheidsregeling.
De rijrichting instellen met de rijrichtingsschakelaar op het bedieningspaneel.
De richtingsschakelaar doet ook dienst als veiligheidsschakelaar. Daarom moet hij worden ingedrukt ook als de gewenste rijrichting al eerder was ingesteld.
Het rijpedaal voorzichtig indrukken om te rijden.
Bij overbelasting wordt de rijmotor uitgeschakeld.
Het apparaat minstens 5 minuten laten afkoelen.
Als het apparaat langer dan 2 seconden stilstaat, wordt de borstelaandrijving onderbroken totdat het apparaat verder wordt bewogen.
Vóór het opzuigen van grof vuil, draden en snoeren van het te reinigen oppervlak verwijderen om te voorkomen dat ze in de borstels vast komen te zitten.
Op het standvlak gaan staan.
Het rijpedaal niet bedienen.
Ontgrendel de noodstoptoets door deze te draaien.
De sleutelschakelaar op "1" zetten.
Op de gewenste Reinigingsprogramma drukken.
De rijrichting vooruit instellen met de rijrichtingsschakelaar op het bedieningspaneel.
Het rijpedaal intrappen en het te reinigen gebied afrijden.
Op het programma "Veegzuigen" drukken.
De zuigslang verwijderen.
Op het programma "Transportrit" drukken.
Het apparaat op een vlakke ondergrond neerzetten.
De sleutelschakelaar op "0" draaien.
De sleutel uittrekken.
Rijden op stijgende hellingen
Gevaar voor letsel
Gebruik het apparaat voor laden en lossen alleen op stijgende hellingen tot de maximale waarde (zie hoofdstuk Technische gegevens).
Rij langzaam.
Niet in acht nemen van het gewicht
Gevaar voor letsel en beschadiging
Houd bij het vervoer rekening met het gewicht van het apparaat.
Bij het transport in voertuigen het apparaat conform de geldende richtlijnen tegen wegglijden en omvallen beveiligen.
Niet in acht nemen van het gewicht
Gevaar voor letsel en beschadiging
Houd bij de opslag rekening met het gewicht van het apparaat.
Levensgevaar door brand of explosie bij volledig ontladen batterijen!
Verkeerd opladen van volledig ontladen batterijen kan brand veroorzaken.
Het apparaat niet gebruiken als de batterij volledig ontladen is.
In principe moet de batterij na elk reinigingsproces aangesloten blijven op het oplaadapparaat tot de volgende reinigingsbeurt.
Vóór de inbedrijfstelling van het apparaat zich ervan vergewissen dat de batterij opgeladen is.
De stroomonderbreker van het apparaat uitschakelen wanneer u het apparaat voor langer dan twee weken opbergt.
Dit apparaat mag alleen in vorstvrije binnenruimtes worden opgeslagen.
Voor een langere levensduur de batterijen volledig opladen.
De batterijen bij opslag minstens één keer per maand volledig opladen.
Per ongeluk opstartend apparaat
Verwondingsgevaar, elektrische schok
Zet voor alle werkzaamheden de sleutelschakelaar van het apparaat op ‘0’ en trek de sleutel eruit.
Nalopen van de zuigturbine na uitschakeling
Gevaar van letsel
Voer alleen onderhoudswerkzaamheden uit nadat de zuigturbine tot stilstand is gekomen.
De afdichting van het vuilreservoir controleren.
De toestand van de banden controleren.
De zuigslang op vervuiling controleren.
De stekkerverbindingen van de zuigslang op lekkage controleren.
De Lade voor grof vuil leegmaken en reinigen.
De filterzak controleren en deze indien nodig vervangen.
Het rijpedaal, de rem en het stuurwiel op goede werking controleren.
De borstels op correcte installatie controleren.
De slangen op afzettingen controleren.
De Lade voor grof vuil leegmaken en reinigen.
De Borstelkast reinigen.
De binnenkant van het borstelhuis reinigen.
De borstels op slijtage controleren en reinigen.
De lagerkap van het uiteinde van de borstel verwijderen. Vervolgens het lager en de kap reinigen.
De filterzak controleren en deze indien nodig vervangen.
De buitenkant van het apparaat controleren op schade.
De accu opladen.
De bovenkant van de batterijen reinigen.
Bij natte batterijen de dichtheid van het zuur controleren.
Alle schroeven op vastheid controleren.
Bij natte batterijen het peil van het zuur controleren. Indien nodig bijvullen.
Gevaar voor beschadiging van de accu’s!
Bij gebruik van water met toevoegingen vervalt de garantie op de accu.
Gebruik voor het bijvullen van de accu's alleen gedestilleerd of ontzilt water (EN 50272-T3).
Gebruik geen vreemde additieven of verbeteringsmiddelen.
Het batterijvak en de behuizing van de batterijen reinigen.
De kettingspanning van de stuurinrichting controleren (uitgevoerd door de klantenservice).
De aandrijfketting op slijtage controleren.
Alle filters controleren en deze indien nodig vervangen.
De voorgeschreven onderhoudswerkzaamheden door de klantenservice laten uitvoeren:
De parkeerrem controleren.
De spanning van de stuurketting controleren.
De beschermstangen van het borsteldek op slijtage controleren.
Kabels en andere elektrische componenten controleren op uitrafelen, hitteverkleuring, gebarsten of verharde isolatie, gebroken of losse verbindingen en andere defecten.
Om een betrouwbaar gebruik van de installatie te garanderen, adviseren we om een onderhoudscontract af te sluiten. Neem contact op uw verantwoordelijke KÄRCHER-klantenservice.
Aan de kliksluiting trekken en de Lade voor grof vuil eruit trekken.
De veegwals is versleten wanneer de lengte van de haren overeenkomt met de lengte van de gele indicatorharen.
Zodra een veegwals versleten is, moet de gehele set veegwalsen worden vervangen.
De borstels moeten worden verwijderd in de rijrichting rechts.
De hoofddeur aan de rechterkant van het apparaat openen.
Aan de gele sluiting trekken en de vergrendeling losmaken.
Het borstelcompartiment naar buiten trekken.
De veegwalsen verwijderen.
De nieuwe veegwalsen plaatsen en ze vastklikken.
De veegrollen in het borstelcompartiment zetten en deze zo draaien dat de markering aan het einde verticaal uitgelijnd is.
Het borstelcompartiment weer naar binnen schuiven.
De zijbezems linksom draaien tot aan de aanslag.
De zijbezem van de aandrijfas afnemen.
De nieuwe zijbezem in omgekeerde volgorde monteren.
Draai de borstel tot hij vastklikt.
Per ongeluk opstartend apparaat
Verwondingsgevaar, elektrische schok
Zet voor alle werkzaamheden de sleutelschakelaar van het apparaat op ‘0’ en trek de sleutel eruit.
Nalopen van de zuigturbine na uitschakeling
Gevaar van letsel
Voer alleen onderhoudswerkzaamheden uit nadat de zuigturbine tot stilstand is gekomen.
Bij storingen die met deze tabel niet kunnen worden verholpen de klantenservice raadplegen.
Oorzaak:
Borstelmotor oververhit
Oplossing:
De stroomtoevoer afkoppelen door middel van de hoofdschakelaar.
De borstelkast afnemen en de borstels reinigen.
De motor een uur laten afkoelen alvorens verder te werken.
Oorzaak:
Rem handmatig gelost
Oplossing:
Het apparaat op een ondergrond met een helling van 0 % plaatsen of de wielen borgen tegen wegrollen.
De ontgrendelingshendel van de rem zoeken en hem naar beneden trekken.
Oorzaak:
Fout in de interne motorbesturing van de aandrijfmotor
Oplossing:
De stroomtoevoer afkoppelen door middel van de hoofdschakelaar.
De borstelkast afnemen en de borstels reinigen.
De motor een uur laten afkoelen alvorens verder te werken.
Oorzaak:
Onbekende fout in de motorbesturing van de aandrijfmotor
Oplossing:
De stroomtoevoer afkoppelen door middel van de hoofdschakelaar.
De borstelkast afnemen en de borstels reinigen.
Oorzaak:
Aandrijfmotor open circuit
Oplossing:
De veiligheidsschakelaar van de aandrijfmotor zoeken en resetten.
Oorzaak:
Aandrijfmotor oververhit
Oplossing:
De aandrijfmotor een uur laten afkoelen alvorens verder te werken.
Oorzaak:
Zuigmotor hoge FET fout
Oplossing:
De stroomtoevoer afkoppelen door middel van de hoofdschakelaar.
De zijbezem verwijderen en reinigen.
Oorzaak:
Fout in de interne motorbesturing van de zuigmotor
Oplossing:
De veiligheidsschakelaar van de zuigmotor zoeken en resetten.
Oorzaak:
Open circuit van de zuigmotor
Oplossing:
De veiligheidsschakelaar van de zuigmotor zoeken en resetten.
Oorzaak:
Verstopte zuigslang, trechter of filterzak
Oplossing:
De filterzak vervangen.
De zuigslang en de trechter controleren op vuil en reinigen.
Oorzaak:
Overtemperatuur aandrijfmotor DMC
Oplossing:
De stroomtoevoer afkoppelen door middel van de hoofdschakelaar.
De zijbezem verwijderen en reinigen.
De borstelkast afnemen en de borstels reinigen.
De besturingen een uur laten afkoelen alvorens verder te werken.
Oorzaak:
Overtemperatuur borstelmotor DMC
Oplossing:
De stroomtoevoer afkoppelen door middel van de hoofdschakelaar.
De zijbezem verwijderen en reinigen.
De borstelkast afnemen en de borstels reinigen.
De besturingen een uur laten afkoelen alvorens verder te werken.
Oorzaak:
Overtemperatuur zijbezemmotor DMC
Oplossing:
De stroomtoevoer afkoppelen door middel van de hoofdschakelaar.
De zijbezem verwijderen en reinigen.
De borstelkast afnemen en de borstels reinigen.
De besturingen een uur laten afkoelen alvorens verder te werken.
Oorzaak:
Overtemperatuur zuigmotor DMC
Oplossing:
De stroomtoevoer afkoppelen door middel van de hoofdschakelaar.
De zijbezem verwijderen en reinigen.
De borstelkast afnemen en de borstels reinigen.
Het apparaat een uur laten afkoelen alvorens het verder te gebruiken.
Oorzaak:
Temperatuurfout aandrijfmotor DMC (FET)
Oplossing:
De stroomtoevoer afkoppelen door middel van de hoofdschakelaar.
De zijbezem verwijderen en reinigen.
De borstelkast afnemen en de borstels reinigen.
Het apparaat een uur laten afkoelen alvorens het verder te gebruiken.
Oorzaak:
Temperatuurfout borstelmotor DMC (FET)
Oplossing:
De stroomtoevoer afkoppelen door middel van de hoofdschakelaar.
De zijbezem verwijderen en reinigen.
De borstelkast afnemen en de borstels reinigen.
Het apparaat een uur laten afkoelen alvorens het verder te gebruiken.
Oorzaak:
Zijborstelmotor DMC temperatuurfout (FET)
Oplossing:
De stroomtoevoer afkoppelen door middel van de hoofdschakelaar.
De zijbezem verwijderen en reinigen.
De borstelkast afnemen en de borstels reinigen.
Het apparaat een uur laten afkoelen alvorens het verder te gebruiken.
Oorzaak:
Zuigmotor DMC temperatuurfout (FET)
Oplossing:
De stroomtoevoer afkoppelen door middel van de hoofdschakelaar.
De zijbezem verwijderen en reinigen.
De borstelkast afnemen en de borstels reinigen.
Het apparaat een uur laten afkoelen alvorens het verder te gebruiken.
Oorzaak:
Lithiumbatterij CAN-communicatiefout - Batterij CAN-module niet aangesloten, verkeerd geïnstalleerd of beschadigd.
Oplossing:
De hoofdschakelaar uitschakelen en 10 seconden wachten.
De hoofdschakelaar inschakelen
Oorzaak:
Open circuit van de borstelmotor
Oplossing:
De veiligheidsschakelaar van de borstelmotor zoeken en resetten.
Oorzaak:
Fout in hoogspanningsbeveiliging van de borstelmotor
Oplossing:
De veiligheidsschakelaar van de borstelmotor zoeken en resetten.
Oorzaak:
Fout in de hoogspanningsbeveiliging van de aandrijfmotor
Oplossing:
Zich ervan vergewissen dat de Grad geschikt is voor het apparaat.
De hoofdschakelaar uitschakelen en 10 seconden wachten.
De hoofdschakelaar inschakelen
Oorzaak:
De batterij is leeg en moet worden opgeladen, transportmodus niet mogelijk
Oplossing:
Het apparaat uitschakelen.
De remhendel aan de rechterkant van de aandrijfmotor zoeken en omhoog tillen.
De batterij laden.
Zich ervan vergewissen dat het blauwe batterijlampje in de linker deur brandt tijdens het opladen (alleen voor lithiumbatterijen).
Als het batterijlampje knippert of niet oplicht, zolang op de toets drukken totdat het oplicht.
Oorzaak:
De filterzak ontbreekt, transportmodus nog mogelijk
Oplossing:
Een filterzak plaatsen.
Zich ervan vergewissen dat de filterzak goed in het apparaat zit.
Oorzaak:
De batterij is leeg en moet worden opgeladen, transportmodus nog mogelijk
Oplossing:
Het apparaat uitschakelen.
De remhendel aan de rechterkant van de aandrijfmotor zoeken en omhoog tillen.
De batterij laden.
Zich ervan vergewissen dat het blauwe batterijlampje in de linker deur brandt tijdens het opladen (alleen voor lithiumbatterijen).
Als het batterijlampje knippert of niet oplicht, zolang op de toets drukken totdat het oplicht.
Oorzaak:
De PWM van de aandrijfmotor wordt beperkt door een niet gespecificeerde bron. Alle modi zijn nog steeds mogelijk.
Oplossing:
Zich ervan vergewissen dat de Grad geschikt is.
Oorzaak:
Achteruitrijden van aandrijfmotor is beperkt. Het achteruitrijden wordt beperkt door een prestatiebeperkende voorwaarde. Alle modi zijn nog steeds mogelijk.
Oplossing:
Zich ervan vergewissen dat de Grad geschikt is.
Oorzaak:
Vooruitrijden van aandrijfmotor is beperkt. Het vooruitrijden wordt beperkt door een prestatiebeperkende voorwaarde. Alle modi zijn nog steeds mogelijk.
Oplossing:
Zich ervan vergewissen dat de Grad geschikt is.
Oorzaak:
Temperatuur van de aandrijfmotor hoog. PWM-beperking in het bereik van hoge motortemperatuur. Alle modi zijn nog steeds mogelijk.
Oplossing:
Zich ervan vergewissen dat de Grad geschikt is.
Oorzaak:
Grens ANIN aandrijfmotor. De temperatuur van de motor ligt boven de grenswaarde van de software. Het ingangsbereik van de smoorinrichting is beperkt. Alle modi zijn nog steeds mogelijk.
Oplossing:
Zich ervan vergewissen dat de Grad geschikt is.
Oorzaak:
De PWM van de zuigmotor wordt beperkt door een niet gespecificeerde bron. Alle modi zijn nog steeds mogelijk.
Oplossing:
De klantenservice informeren.
Oorzaak:
De zuigmotor wordt beperkt door een prestatiebeperkende voorwaarde. Alle modi zijn nog steeds mogelijk.
Oplossing:
De klantenservice informeren.
Oorzaak:
De batterij is leeg en moet weldra worden opgeladen. Alle modi zijn nog steeds mogelijk.
Oplossing:
De batterij onmiddellijk opladen.
Oorzaak:
De batterijen worden opgeladen en het apparaat is vergrendeld.
Oplossing:
Ervoor zorgen dat de sleutel tijdens het opladen uitgeschakeld is.
Oorzaak:
De PWM van de aandrijfmotor wordt beperkt door de begrenzing van de werkzame stroom.
Oplossing:
Zich ervan vergewissen dat de Grad geschikt is.
Aanduiding | Onderdeelnr. |
---|---|
HEPA filterzakken (rond) | 8.634-529.0 |
Stofborstel | 6.903-887.0 |
Tapijtborstel | 8.634-882.0 |
Borstel voor harde vloeren | 8.634-884.0 |
Voegensproeier | 6.903-403.0 |
Vloersproeier | 6.907-410.0 |
Verlengbuis | 8.600-009.0 |
Zuigslang (3 m) | 8.645-088.0 |
Sleutel (2 x) | 8.600-486.0 |
Vermogen | |
Nominale spanning | 36 V |
Accucapaciteit | 115 Ah |
Netbelasting | 1620 W |
Motorrendement | 149 W |
Borstels | |
Werkbreedte | 600 mm |
Breedte walsborstel | 510 mm |
Diameter walsborstel | 100 mm |
Toerental walsborstels | 1026 1/min |
Vermogen borstelmotor | 373 W |
Diameter zijborstel | 230 mm |
Toerental zijborstel | 90 1/min |
Vermogen zijborstelmotor | 45 W |
Zuigen | |
Vermogen zuigmotor | 470 W |
Max. debiet zuigmotor | 33,98 l/h |
Max. onderdruk zuigmotor | 11,7 kPa |
Volume filterzak | 17,5 l |
Afmetingen en gewichten | |
Hoogste snelheid | 5,6 km/h |
Max. helling | 10 % |
Lengte | 1254 mm |
Breedte | 719 mm |
Hoogte | 1321 mm |
Toelaatbaar totaal gewicht (met batterijen en bediener) | 385 kg |
Leeggewicht (zonder batterijen en bediener) | 187 kg |
Oppervlaktebelasting | 1641 kPa |
Afmetingen batterijvak (lengte x breedte x hoogte) | 584 x 370 x 315 mm |
Diameter voorwiel | 250 mm |
Diameter achterwiel | 200 mm |
Breedte draaicirkel | 1270 mm |
Berekende waarden conform EN 60335-2-72 | |
Hand-arm-vibratiewaarde | < 2,5 m/s2 |
Voet-vibratiewaarde | < 0,5 m/s2 |
Geluidsdrukniveau LpA, hard oppervlak | 68,4 dB(A) |
Onzekerheid KpA | 2,5 dB(A) |
81,8 dB(A) | |
Onzekerheid KpA | 2,5 dB(A) |
Geluidsdrukniveau LpA, hard oppervlak | 67,7 dB(A) |
Onzekerheid KpA | 2,5 dB(A) |
81,8 dB(A) | |
Onzekerheid KpA | 2,5 dB(A) |
Oplaadapparaat | |
Spanning | 110-240 V |
Nominale spanning | 100-240 V |
Frequentie | 50/60 Hz |
Stroomverbruik max. | 14 A |
Uitgangsvermogen | 1200 W |
Stroomuitgang, max. | 33 A |
Beschermingsgraad | IP66 |
Omgevingstemperatuur Werking | -40/+65 °C |
Omgevingstemperatuur Opslag | -40/+65 °C |
Hiermee verklaren wij dat de hierna vermelde machine op basis van het ontwerp en type en in de door ons op de markt gebrachte uitvoering voldoet aan de relevante veiligheids- en gezondheidsvereisten van de EU-richtlijnen. Bij een niet door ons goedgekeurde wijziging van de machine verliest deze verklaring zijn geldigheid.
Product: bodemreiniger
Type: 1.012-xxx
Relevante EU-richtlijnen2006/42/EG (+2009/127/EG)
2014/30/EU
Toegepaste geharmoniseerde normenEN 60335-1
EN 60335-2-29
EN 60335-2-72
EN 62233: 2008
EN 55012: 2007 + A1: 2009
EN 61000-6-2: 2005
EN 61000-6-3: 2007 + A1:2011
Toegepaste nationale normen-
De ondergetekenden handelen in opdracht en met volmacht van de directie.
Gevolmachtigde voor de documentatie:
S. Reiser
Alfred Kärcher SE & Co. KG
Alfred-Kärcher-Str. 28 - 40
71364 Winnenden (Germany)
Tel.: +49 7195 14-0
Fax: +49 7195 14-2212
Winnenden, 2023/03/01
2-2-SC-A4-GS-aw19869