LogoHDS 9/20-4 M/MXAHDS 10/21-4 M/MXAHDS 13/20-4 S/SXA
  • Algemene instructies
  • Milieubescherming
    • Aanvullende opmerkingen inzake de milieubescherming
  • Overzicht apparaat
    • Beschrijving apparaat
    • Bedieningsveld
    • Kleurmarkering
  • Symbolen op het apparaat
  • Reglementair gebruik
    • Grenswaarden voor de watertoevoer
  • Veiligheidsinstructies
  • Veiligheidsinrichtingen
    • Overstroomklep met 2 drukschakelaars
    • Veiligheidsklep
    • Watertekortbeveiliging
    • Afvoergas-temperatuurbegrenzer
  • Inbedrijfstelling
    • Handgreep monteren
    • Wieldoppen bevestigen
    • Slangtrommel monteren (alleen HDS M/S)
    • Hogedrukpistool, spuitlans, mondstuk en hogedrukslang monteren
    • Systeemonderhoud
      • Systeemonderhoud bepalen
      • Systeemonderhoud vullen
    • Brandstof bijvullen
    • Reinigingsmiddel bijvullen
    • Wateraansluiting
    • Water uit reservoir aanzuigen
    • Elektrische aansluiting
  • Bediening
    • Hogedrukpistool openen/sluiten
    • Mondstuk vervangen
    • Apparaat inschakelen
    • Reinigingstemperatuur instellen
    • Werkdruk en opvoerhoeveelhid instellen
      • Druk-/volumeregeling van de pompeenheid
      • Druk-/volumeregeling op het hogedrukpistool
    • Gebruik met reinigingsmiddel
    • Reiniging
      • Aanbevolen reinigingsmethode
    • Gebruik met koud water
    • Eco-niveau
    • Gebruik met heet water/stoom
      • Aanbevolen reinigingstemperaturen
      • Gebruik met heet water
      • Gebruik met stoom
    • Werking onderbreken
    • Na gebruik met reinigingsmiddel
    • Apparaat uitschakelen
    • Apparaat opbergen
    • Vorstbescherming
    • Buitengebruikstelling
      • Water aftappen
      • Het apparaat door met antivries doorspoelen
  • Transport
  • Opslag
  • Verzorging en onderhoud
    • Veiligheidsinspectie/onderhoudscontract
    • Onderhoudsintervallen
      • Wekelijks
      • Eens per maand
      • Om de 500 bedrijfsuren, minstens jaarlijks
      • Regelmatig, minstens elke 5 jaar
    • Onderhoudswerkzaamheden
      • Nieuwe hogedrukslang monteren (alleen HDS MXA/SXA)
      • Zeef in de wateraansluiting reinigen
      • Fijnfilter reinigen
      • Brandstofzeef reinigen
      • Filter aan de reinigingsmiddel-aanzuigslang reinigen
      • Olie verversen
  • Hulp bij storingen
    • Controlelampje draairichting brandt

    • Controlelampje Bedrijfsgereedheid gaat uit resp. apparaat werkt niet

    • Controlelampje Service knippert 1x

    • Controlelampje Service knippert 2x

    • Het controlelampje service knippert 3x

    • Het controlelampje service knippert 4x

    • Controlelampje Service knippert 5x

    • Controlelampje Service knippert 6x

    • Controlelampje brand stof brandt

    • Controlelampje systeemonderhoud brandt

    • Apparaat bouwt geen druk op

    • Apparaat lekt, er druppelt water uit de onderkant van het apparaat

    • Het apparaat schakelt continu aan en uit terwijl het hogedrukpistool gesloten is

    • Apparaat zuigt geen reinigingsmiddel aan

    • Brander geen ontsteking

    • Ingestelde temperatuur wordt niet bereikt bij gebruik met heet water

  • Klantenservice
    • Controlelampje draairichting brandt

    • Controlelampje Bedrijfsgereedheid gaat uit resp. apparaat werkt niet

    • Controlelampje Service knippert 1x

    • Controlelampje Service knippert 2x

    • Het controlelampje service knippert 3x

    • Het controlelampje service knippert 4x

    • Controlelampje Service knippert 5x

    • Controlelampje Service knippert 6x

    • Controlelampje brand stof brandt

    • Controlelampje systeemonderhoud brandt

    • Apparaat bouwt geen druk op

    • Apparaat lekt, er druppelt water uit de onderkant van het apparaat

    • Het apparaat schakelt continu aan en uit terwijl het hogedrukpistool gesloten is

    • Apparaat zuigt geen reinigingsmiddel aan

    • Brander geen ontsteking

    • Ingestelde temperatuur wordt niet bereikt bij gebruik met heet water

  • Garantie
  • Toebehoren en reserveonderdelen
  • EU-conformiteitsverklaring
  • Technische gegevens
    • HDS 9/20-4 M/MXA
    • HDS 10/21-4 M/MXA
    • HDS 13/20-4 S/SXA

      HDS 9/20-4 M/MXA
      HDS 10/21-4 M/MXA
      HDS 13/20-4 S/SXA

      59794160 (09/23)

      Algemene instructies

      Voordat u het apparaat voor het eerst gebruikt, dient u deze oorspronkelijke gebruiksaanwijzing en de meegeleverde veiligheidsinstructies door te lezen Handel dienovereenkomstig.

      Bewaar beide documenten voor later gebruik of volgende eigenaars.

      • Wanneer de gebruiksaanwijzing en de veiligheidsinstructies niet worden opgevolgd, kan dit schade aan het toestel en gevaar voor de bediener en andere personen tot gevolg hebben.

      • Bij transportschade de dealer onmiddellijk op de hoogte brengen.

      • Controleer bij het uitpakken of de verpakkingsinhoud compleet is en niet beschadigd is. Leveringsomvang zie afbeelding A.

      • Neem bij een bedrijfshoogte van meer dan ca. 800 m boven NAP contact op met uw dealer om de instelling van de brander aan de hoogte en het lagere zuurstofgehalte aan te passen.

      Milieubescherming

      De verpakkingsmaterialen zijn herbruikbaar. Verwijder verpakkingen op een milieuvriendelijke manier.

      Elektrische en elektronische apparaten bevatten waardevolle recyclebare materialen en vaak bestanddelen zoals batterijen, accu's of olie, die bij onjuiste omgang of verkeerd afvalverwijdering een potentieel gevaar voor de gezondheid van de mens en voor het milieu kunnen vormen. Voor een correcte werking van het apparaat zijn deze bestanddelen echter noodzakelijk. Voer apparaten met dit symbool niet samen met het huisvuil af.

      Instructies betreffende ingrediënten (REACH)

      Actuele informatie over ingrediënten vindt u op: www.kaercher.de/REACH

      Aanvullende opmerkingen inzake de milieubescherming

      Zorg ervoor dat motorolie, stookolie, diesel en benzine niet in het milieu terechtkomen. Bescherm de grond en verwijder afgewerkte olie op milieuvriendelijke wijze.

      Overzicht apparaat

      Beschrijving apparaat



      1. Druk-/volumeregeling van de pompeenheid
      2. Manometer
      3. Houder voor hogedrukpistool (tweezijdig)
      4. Zwenkwiel met parkeerrem
      5. Uitsparing voor reinigingsmiddel-zuigslang
      6. Vulopening voor systeemonderhoud RM 110/RM 111
      7. Wateraansluiting met zeef
      8. Adapter voor wateraansluiting
      9. Hogedrukslang EASY!Lock
      10. Straalbuis EASY!Lock
      11. Hogedruksproeier (roestvrij staal)
      12. Hogedrukaansluiting EASY!Lock
      13. Elektrische toevoerleiding
      14. Veiligheidshendel
      15. Triggerhendel
      16. Klapvak
      17. Opbergvak voor toebehoren (alleen HDS M/S)
      18. Veiligheidspal van het hogedrukpistool
      19. Hogedrukpistool EASY!Force
      20. Druk-/debietregeling op het hogedrukpistool
      21. Reinigingsmiddel doseerventiel
      22. Bedieningsveld
      23. Houder voor straalbuis
      24. Verbindingsslang voor slangtrommel (alleen HDS MXA/SXA)
      25. Voetuitsparing
      26. Vulopening voor reinigingsmiddel 2
      27. Vulopening voor reinigingsmiddel 1
      28. Typeplaatje
      29. Kabelhouder
      30. Vulopening voor brandstof
      31. Brandstofzeef
      32. Handgreep
      33. Slangtrommel (alleen HDS MXA/SXA)
      34. Kapsluiting
      35. Apparaatkap
      36. Brander
      37. Houder voor straalbuis
      38. Terugslagklep van de reinigingsmiddel-aanzuiging
      39. Olieaftapplug met borgklem
      40. Oliepeilindicatie
      41. Oliereservoir
      42. Drukschakelaar op de overstroomklep
      43. Drukschakelaar op de cilinderkop
      44. Fijnfilter (water)
      45. Reinigingsmiddel-zuigslang 1 met filter
      46. Reinigingsmiddel-zuigslang 2 met filter
      47. Leegmeldingsensor
      48. Brandstoffilter
      49. Branderventilator
      50. Brandstofpomp
      51. Magneetventiel brandstof
      52. Watertekortbeveiliging
      53. Vlottertank
      54. Reservoir voor systeemonderhoud

      Bedieningsveld


      0 = uit

      1. Apparaatschakelaar
      2. Bedrijfsmodus: Gebruik met koud water
      3. Bedrijfsmodus: Gebruik met heet water (e = eco-stand, heet water max. 60 °C)
      4. Bedrijfsmodus: Gebruik met stoom
      5. QR-code voor informatie
      6. Controlelampje draairichting
      7. Controlelampje service
      8. Controlelampje bedrijfsgereedheid
      9. Controlelampje brandstof
      10. Controlelampje systeemonderhoud

      Kleurmarkering

      • Bedieningselementen voor het reinigingsproces zijn geel.

      • Bedieningselementen voor onderhoud en service zijn lichtgrijs.

      Symbolen op het apparaat

       
      De hogedrukstraal niet op personen, dieren, actieve elektrische uitrusting of het apparaat zelf richten.
      Het apparaat tegen vorst beschermen.
       
      Gevaar door elektrische spanning. Uitsluitend elektriciens of daartoe bevoegde vakmensen mogen werkzaamheden aan de elektrotechnische installatie uitvoeren.
      Gezondheidsrisico door giftige uitlaatgassen. Adem de uitlaatgassen niet in.
      Verbrandingsgevaar door hete oppervlakken.
       
      Gevaar voor letsel! Geen lichaamsdelen invoeren.
       
      QR-code voor informatie

      Reglementair gebruik

      Het apparaat is uitsluitend bedoeld voor als reinigingsapparaat, bijv. voor machines, voertuigen, gebouwen, gereedschappen, gevels, patio's en tuinapparatuur.

      GEVAAR

      Gebruik bij tankstations of andere gevarenzones

      Gevaar voor letsel

      Neem de desbetreffende veiligheidsvoorschriften in acht.

      Instructie

      Voorkom dat afvalwater met minerale olie in de grond, water of riolering terechtkomt. Motor wassen of ondergrond wassen alleen op geschikte plaatsen met olieafscheider uitvoeren.

      Grenswaarden voor de watertoevoer

      LET OP

      Vervuild water

      Vroegtijdige slijtage of afzettingen in het apparaat

      Gebruik het apparaat enkel met zuiver water of met recyclingwater dat de grenswaarden niet overschrijdt.

      Voor de watertoevoer gelden volgende grenswaarden:

      • pH-waarde: 6,5-9,5

      • Elektrisch geleidingsvermogen: Geleidingsvermogen van schoon water + 1200 µS/cm, maximaal geleidingsvermogen 2000 µS/cm

      • Afzetbare stoffen (testvolume 1 l, afzettingstijd 30 minuten): < 0,5 mg/l

      • Filtreerbare stoffen: < 50 mg/l, geen abrasieve stoffen

      • koolwaterstoffen: < 20 mg/l

      • chloride: < 300 mg/l

      • sulfaat: < 240 mg/l

      • calcium: < 200 mg/l

      • totale hardheid: < 28 °dH, < 50° TH, < 500 ppm (mg CaCO3/l)

      • ijzer: < 0,5 mg/l

      • mangaan: < 0,05 mg/l

      • koper: < 2 mg/l

      • actieve chloor: < 0,3 mg/l

      • Vrij van onaangename geuren

      Veiligheidsinstructies

      Voor het apparaat gelden de volgende veiligheidsinstructies:

      • Neem de betreffende nationale voorschriften van de wetgever voor vloeistofstralers in acht.

      • Neem de betreffende nationale voorschriften van de wetgever inzake ongevallenpreventie in acht. Vloeistofstralers moeten regelmatig worden getest en het resultaat van de test schriftelijk worden vastgelegd.

      • Bedenk dat de verwarming van het apparaat een stookinstallatie is. Stookinstallaties moeten regelmatig conform de betreffende nationale voorschriften van de wetgever worden getest.

      • Conform geldende nationale bepalingen moet dit apparaat bij industrieel gebruik voor de eerste keer door een bekwame persoon in bedrijf worden genomen. KÄRCHER heeft deze eerste inbedrijfstelling al voor u uitgevoerd en gedocumenteerd. U kunt deze documentatie op verzoek opvragen bij uw KÄRCHER partner. Houd bij eventuele vragen over de documentatie het onderdeel- en vestigingsnummer van het apparaat bij de hand.

      • We wijzen u erop dat het apparaat conform de geldende nationale bepalingen regelmatig door een bekwame persoon moet worden getest. Neem daarvoor contact op met een KÄRCHER partner.

      • Aan het apparaat en aan de toebehoren mogen geen veranderingen worden aangebracht.

      Veiligheidsinrichtingen

      Veiligheidsinrichtingen dienen voor de bescherming van de gebruiker en mogen niet buiten werking worden gesteld of worden overbrugd.

      Overstroomklep met 2 drukschakelaars

      • Als de hoeveelheid water aan de pompkop of met de druk-/volumeregeling op het hogedrukpistool wordt gereduceerd, gaat de overstroomklep open en stroomt een deel van het water terug naar de zuigzijde van de pomp.

      • Als het hogedrukpistool gesloten is zodat al het water terugstroomt naar de zuigzijde van de pomp, schakelt de drukschakelaar op de overstroomklep de pomp uit.

      • Als het hogedrukpistool weer wordt geopend, schakelt de drukschakelaar op de cilinderkop de pomp weer in.

      • De overloopklep is af fabriek ingesteld en verzegeld. De instelling wordt uitgevoerd door de klantenservice.

      Veiligheidsklep

      • De veiligheidsklep gaat open, als de overstroomklep resp. de drukschakelaar defect is.

      • De veiligheidsklep is af fabriek ingesteld en verzegeld. De instelling wordt alleen uitgevoerd door de klantenservice.

      Watertekortbeveiliging

      De watertekortbeveiliging verhindert dat de brander wordt ingeschakeld bij watertekort.

      Afvoergas-temperatuurbegrenzer

      De uitlaatgastemperatuur-begrenzer schakelt het apparaat uit, als de uitlaatgastemperatuur te hoog is.

      Inbedrijfstelling

      WAARSCHUWING

      Beschadigde componenten

      Gevaar voor letsel

      Controleer apparaat, toebehoren, toevoerleidingen en aansluitingen op onberispelijke toestand. Als de toestand niet perfect is, mag u het apparaat niet gebruiken.

      1. De parkeerrem vergrendelen.

      Handgreep monteren

      LET OP

      Gevaar als gevolg van onjuiste montage

      Beschadigingsgevaar

      Let erop dat de kabel niet beschadigd raakt wanneer u de elektrische voedingskabel in de kabelgeleider van de rechter handgreep inhaakt.

      1. De handgreep monteren en daarbij het aanhaalmoment van de schroeven (6,5-7,0 Nm) aanhouden.


      Wieldoppen bevestigen

      1. De wieldoppen bevestigen.


      Slangtrommel monteren (alleen HDS M/S)

      1. Het deksel van het opbergvak verticaal omhoog klappen en verwijderen.


      2. Het klapvak uitklappen.

      3. Het opbergvak van onderen aan de 2 grendelpunten ontgrendelen en het naar boven toe uittrekken.


      4. Het klapvak sluiten.

      5. De slangtrommel in de twee geleiderails steken, hem langzaam naar beneden laten glijden en dan vastklikken.


      6. De verbindingsslang van de slangtrommel op de hogedrukaansluiting van het apparaat monteren.

      Hogedrukpistool, spuitlans, mondstuk en hogedrukslang monteren

      Apparaat met ANTI!Twist: Bevestig de gele hogedrukslangaansluiting aan het hogedrukpistool.

      Instructie

      Het EASY!Lock-systeem verbindt componenten door een snelschroefdraad met slechts een omwenteling snel en veilig.

      1. De straalbuis met de hogedrukpistool verbinden en handvast aantrekken (EASY!Lock).


      2. De hogedruksproeier op de straalbuis steken.

      3. De wartelmoer monteren en handvast aantrekken (EASY!Lock).

      4. Apparaat zonder slangtrommel: De hogedrukslang met de hogedrukpistool en de hogedrukaansluiting van het apparaat verbinden en handvast aantrekken (EASY!Lock)

      5. Apparaat met slangtrommel: De hogedrukslang op het hogedrukpistool aansluiten en met de hand vastdraaien (EASY!Lock).

        LET OP

        Opgerolde hogedrukslang

        Beschadigingsgevaar

        Rol de hogedrukslang voor werkbegin volledig af.

      Systeemonderhoud

      Systeemonderhoud bepalen

      Instructie

      RM 110 voorkomt verkalking van de heetwaterslang in geval van hard water.

      Instructie

      RM 111 dient bij zacht water als pompverzorging en ter bescherming tegen zwartwatervorming.

      Waterhardheid (°dH)
      Te gebruiken systeemonderhoud
      <3
      RM 111
      >3
      RM 110
      1. Bepaal de plaatselijke waterhardheid via het plaatselijke waterleidingbedrijf of met een hardheidsmeter (bestelnummer 6.768-004.0).

      Systeemonderhoud vullen

      Instructie

      In de leveringsomvang is een proeffles met systeemonderhoud inbegrepen.

      • Het systeemonderhoud voorkomt op een doeltreffende manier verkalking van de heetwaterslang bij werking met kalkhoudend leidingwater. Het wordt druppelsgewijs gedoseerd aan de toevoer van de vlottertank.

      • De dosering is in de fabriek op een gemiddelde waterhardheid ingesteld.

      1. Het systeemonderhoud bijvullen.

      Brandstof bijvullen

      GEVAAR

      Ongeschikte brandstof

      Explosiegevaar

      Vul alleen dieselbrandstof of lichte stookolie bij. Ongeschikte brandstoffen, bijv. benzine, mogen niet worden gebruikt.

      LET OP

      Gebruik met een lege brandstoftank

      Vernieling van de brandstofpomp

      Gebruik het apparaat nooit met een lege brandstoftank.

      1. De reservoirsluiting openen.

      2. Vul brandstof bij.

      3. De reservoirafsluiting sluiten.

      4. Eventueel overgelopen brandstof wegvegen.

      Reinigingsmiddel bijvullen

      GEVAAR

      Ongeschikte reinigingsmiddelen

      Gevaar voor letsel

      Alleen KÄRCHER-producten gebruiken.

      In geen geval oplosmiddel (bijvoorbeeld benzine, aceton, verdunningsmiddel) bijvullen.

      Het contact met ogen en huid vermijden.

      De veiligheids- en hanteringsaanwijzingen van de reinigingsmiddelfabrikant in acht nemen.

      Instructie

      Kärcher biedt een individueel assortiment reinigings- en verzorgingsproducten. Uw dealer adviseert u graag.

      1. Reinigingsmiddel bijvullen.

      Wateraansluiting

      • Aansluitwaarden zie Technische gegevens.

      Instructie

      De toevoerslang is niet bij de leveringsomvang inbegrepen.

      1. De toevoerslang (minimale lengte 7,5 m, minimale diameter 3/4“) met behulp van de adapter voor de wateraansluiting op de wateraansluiting van het apparaat en op de watertoevoer (bijvoorbeeld een waterkraan) aansluiten.

      2. De watertoevoer openen.

      Water uit reservoir aanzuigen

      GEVAAR

      Aanzuigen van oplosmiddelhoudende vloeistoffen of drinkwater

      Gevaar voor letsel en schade, vervuiling van drinkwater

      Zuig nooit vloeistoffen op die oplosmiddelen bevatten zoals verfverdunner, benzine, olie of ongefilterd water. De afdichtingen in het apparaat zijn niet bestand tegen oplosmiddelen. De spuitnevel van oplosmiddelen is zeer licht ontvlambaar, explosief en giftig.

      Zuig nooit water op uit drinkwatertanks.

      Als het apparaat water uit een extern reservoir moet aanzuigen, dan is de volgende conversie vereist:

      1. De vulopening voor systeemonderhoud openen.


      2. De afdekking van het systeemonderhoud losschroeven en verwijderen.

      3. De wateraansluiting op het fijnfilter verwijderen.

      4. Het fijnfilter op de pompkop losschroeven.

      5. Het reservoir van het systeemonderhoud verwijderen.


      6. De bovenste toevoerslang naar de vlottertank losschroeven.

      7. De bovenste toevoerslang aansluiten op de pompkop.


      8. De spoelleiding van het reinigingsmiddel-doseerventiel op de blinde stop steken.

      9. Sluit de zuigslang (diameter minimaal 3/4“) met filter (toebehoren) aan op de wateraansluiting.

      10. Hang de zuigslang in een externe waterbron.

        Instructie

        Maximale aanzuighoogte: 0,5 m

      11. Tot de pomp water aanzuigt: De druk-/debietregeling van de pompeenheid instellen op de maximale waarde en het reinigingsmiddel-doseerventiel sluiten.

      12. Om de conversie ongedaan te maken, alle stappen in omgekeerde volgorde uitvoeren. Erop letten dat de kabel van het magneetventiel niet wordt ingekneld bij het reservoir van systeemonderhoud.

      Elektrische aansluiting

      GEVAAR

      Ongeschikte elektrische verlengkabels

      Elektrische schok

      Gebruik buiten alleen daarvoor toegestane en overeenkomstig gemarkeerde elektrische verlengkabels waarvan de diameter groot genoeg is.

      Zorg ervoor dat de stekker en koppeling van een gebruikte verlengkabel waterdicht zijn.

      Rol verlengsnoeren altijd volledig uit.

      LET OP

      Overschrijding van de netwerkimpedantie

      Elektrische schok bij kortsluiting

      De maximaal toegestane netimpedantie op het elektrische aansluitpunt (zie technische gegevens) mag niet worden overschreden.

      Bij onduidelijkheden over de op uw aansluitpunt bestaande netimpedantie neemt u contact op met uw energiebedrijf.

      • Aansluitwaarden, zie technische gegevens en typeplaatje.

      • De elektrische aansluiting moet door een elektricien worden uitgevoerd en voldoen aan IEC 60364-1.

      Bediening

      GEVAAR

      Brandbare vloeistoffen

      Explosiegevaar

      Sproei geen ontvlambare vloeistoffen.

      GEVAAR

      Gebruik zonder straalbuis

      Gevaar voor letsel

      Gebruik het apparaat nooit zonder gemonteerde straalbuis.

      Controleer voor elk gebruik of het mondstuk stevig vastzit. De schroefverbinding van de straalbuis moet handvast zijn vastgedraaid.

      GEVAAR

      Hogedrukwaterstraal

      Gevaar voor letsel

      Bevestig de trekker en de veiligheidshendel nooit in geactiveerde positie.

      Gebruik het hogedrukpistool niet als de veiligheidshendel beschadigd is.

      Plaats voor alle werkzaamheden aan het apparaat de veiligheidsgrendel van het hogedrukpistool naar voren.

      Houd de hogedrukpistool en de straalbuis met beide handen vast.

      LET OP

      Gebruik met een lege brandstoftank

      Vernieling van de brandstofpomp

      Gebruik het apparaat nooit met een lege brandstoftank.

      Hogedrukpistool openen/sluiten

      1. Hogedrukpistool openen: De veiligheidshendel en de trekker bedienen.

      2. Hogedrukpistool sluiten: De veiligheidshendel en de trekker loslaten.

      Mondstuk vervangen

      1. Schakel het apparaat uit en bedien het hogedrukpistool tot het apparaat drukloos is.

      2. Beveilig het hogedrukpistool; duw hiervoor de veiligheidsgrendel naar voren.

      3. Vervang de nozzle.

      Apparaat inschakelen

      1. De apparaatschakelaar in de gewenste bedrijfsmodus zetten. De controlelamp Bedrijfsgereedheid brandt. Het apparaat start kort en schakelt uit, zodra de werkdruk is bereikt.

        Instructie

        Als het controlelampje Draairichting brandt tijdens gebruik, het apparaat onmiddellijk uitschakelen en de storing verhelpen. Zie hulp bij storingen.

      2. Ontgrendel het hogedrukpistool; duw hiervoor de veiligheidsgrendel naar achteren. Bij bediening van het hogedrukpistool schakelt het apparaat weer in.

        Instructie

        Als er geen water uit de hogedruknozzle treedt, de pomp ontluchten. Zie hulp bij storingen - apparaat bouwt geen druk op.

      Reinigingstemperatuur instellen

      • 30 °C tot 98 °C: Reinig met heet water.

      • 100 °C tot 150 °C: Reinig met stoom.

      1. Stel de apparaatschakelaar in op de gewenste temperatuur.

      2. Bij gebruik met stoom: Vervang de hogedruksproeier (roestvrij staal) door de stoomsproeier (messing) (zie Gebruik met stoom).

      Werkdruk en opvoerhoeveelhid instellen

      Druk-/volumeregeling van de pompeenheid

      1. Draai de regelspindel met de klok mee: de werkdruk verhogen (MAX).

      2. Draai de regelspindel tegen de klok in: de werkdruk verlagen (MIN).

      Druk-/volumeregeling op het hogedrukpistool

      GEVAAR

      Gevaar door losse straalbuis

      Gevaar voor letsel

      Let er bij het instellen van de druk-/hoeveelheidsregeling op dat de schroefverbinding van de straalbuis niet losraakt.

      Instructie

      Wil je langdurig met gereduceerde druk werken, stel de druk dan in op de druk-/volumeregeling van de pompeenheid.

      1. Stel de apparaatschakelaar in op max. 98 °C.

      2. Stel de werkdruk op de druk-/volumeregeling van de pompeenheid in op de maximale waarde.

      3. Stel de werkdruk en het volume in door de druk-/volumeregeling op het hogedrukpistool te draaien (traploos) (+/-).

      Gebruik met reinigingsmiddel

      • Gebruik spaarmiddelen spaarzaam om het milieu te beschermen.

      • Het reinigingsmiddel moet geschikt zijn voor het te reinigen oppervlak.

      Instructie

      De richtwaarden op het bedieningspaneel hebben betrekking op de maximale werkdruk.

      Instructie

      Als reinigingsmiddel uit een externe container moet worden aangezogen, de reinigingsmiddelzuigslang door de uitsparing naar buiten leiden.

      1. Stel de concentratie van het reinigingsmiddel in met het doseerventiel voor het reinigingsmiddel volgens de instructies van de fabrikant.

      Reiniging

      Instructie

      De hogedrukstraal altijd eerst vanaf grotere afstand op het te reinigen object richten om beschadiging door te hoge druk te voorkomen.

      1. Stel de werkdruk en reinigingstemperatuur in op basis van het te reinigen oppervlak.

      Aanbevolen reinigingsmethode

      1. Vuil losmaken: Sproei het reinigingsmiddel er spaarzaam op en laat het 1 ... 5 minuten inwerken, maar niet opdrogen.

      2. Vuil verwijderen: Het losgeweekte vuil met de hogedrukstraal wegspoelen.

      Gebruik met koud water

      Voor het verwijderen van lichte vervuiling en voor spoelen, bijv. tuingereedschap, terras, gereedschap.

      1. Stel de gewenste werkdruk in.

      Eco-niveau

      Het apparaat werkt in het meest rendabele temperatuurbereik (max. 60 °C).

      Gebruik met heet water/stoom

      Aanbevolen reinigingstemperaturen

      • 30-50 °C: Lichte vervuiling

      • Max. 60 °C: Eiwithoudend vuil, bijv. in de levensmiddelenindustrie

      • 60-90 °C: Autoreiniging, machinereiniging

      • 100-110 °C: Ontconserveren, sterk vette vervuiling

      • Tot 140 °C: Ontdooien van toeslagmaterialen, gedeeltelijke gevelreiniging

      Gebruik met heet water

      GEVAAR

      Heet water

      Gevaar voor brandwonden

      Vermijd contact met heet water.

      1. De apparaatschakelaar op de gewenste temperatuur instellen.

      Gebruik met stoom

      GEVAAR

      Hete stoom

      Gevaar voor brandwonden

      Bij werktemperaturen boven 98 °C mag de werkdruk niet hoger zijn dan 3,2 MPa (32 bar).

      Het is derhalve van essentieel belang dat de volgende maatregelen worden uitgevoerd:

      1. Vervang de hogedruksproeier (roestvrij staal) door de stoomsproeier (messing, onderdeelnr. zie Technische Gegevens).

      2. Open de druk-/volumeregelaar op het hogedrukpistool volledig, richting + tot aan de aanslag.

      3. Stel de werkdruk op de druk-/volumeregeling van de pompeenheid in op de minimale waarde.

      4. Stel de apparaatschakelaar in op min. 100 °C.

      Werking onderbreken

      1. Beveilig het hogedrukpistool; duw hiervoor de veiligheidsgrendel naar voren.

      Na gebruik met reinigingsmiddel

      1. Het reinigingsmiddel-doseerventiel op “0” zetten.

      2. Zet de apparaatschakelaar op niveau 1 (gebruik met koud water).

      3. Spoel het apparaat minimaal 1 minuut door terwijl het hogedrukpistool is geopend.

      Apparaat uitschakelen

      GEVAAR

      Gevaar door heet water of stoom

      Verbrandingsgevaar

      Laat het apparaat na gebruik met heet water of stoom minimaal 2 minuten met koud water en geopend pistool lopen om het af te koelen.

      1. De watertoevoer sluiten.

      2. De hogedrukpistool openen.

      3. Schakel de pomp in met de apparaatschakelaar en laat deze 5-10 seconden draaien.

      4. De hogedrukpistool sluiten.

      5. De apparaatschakelaar op ‘0’ zetten.

      6. Trek de netstekker met droge handen uit het stopcontact.

      7. Verwijder de wateraansluiting.

      8. Het hogedrukpistool bedienen tot het apparaat drukloos is.

      9. Beveilig het hogedrukpistool. Duw hiervoor de veiligheidsgrendel naar voren.

      Apparaat opbergen

      Instructie

      Knik de hogedrukslang en de elektrische leiding niet.

      1. De straalbuis vastklikken in de houder op de apparaatkap.

      2. De hogedrukslang en de elektrische leiding oprollen en aan de houders hangen.

      3. Apparaat met slangtrommel: De hogedrukslang uitstrekken alvorens op te wikkelen.

      4. Apparaat met slangtrommel: Ontgrendel de slangtrommel door aan de hogedrukslang te trekken en laat de hogedrukslang langzaam oprollen. Controleer de oprolsnelheid door de slang vast te houden.

      Vorstbescherming

      LET OP

      Gevaar door vorst

      Vernietiging van het apparaat door bevriezend water.

      Bewaar het apparaat dat niet volledig is afgetapt op een vorstvrije plaats.

      Bij apparaten die op een schoorsteen zijn aangesloten, moet de binnendringende, koude lucht in acht worden genomen.

      LET OP

      Koude lucht komt binnen via de schoorsteen

      Beschadigingsgevaar

      Koppel het apparaat los van de haard, als de buitentemperatuur lager is dan 0 °C.

      1. Schakel het apparaat uit, als een vorstvrije opslag niet mogelijk is.

      Buitengebruikstelling

      Voor langere bedrijfsonderbrekingen of als vorstvrije opslag niet mogelijk is:

      1. Het reinigingsmiddelreservoir legen.

      2. Het water aflaten.

      3. Spoel het apparaat door met antivries.

      Water aftappen

      1. Schroef de watertoevoerslang en de hogedrukslang los.

      2. Schroef de toevoerleiding aan de ketelonderzijde los en tap de verwarmingsslang af.

      3. Het apparaat maximaal 1 minuut laten lopen, tot de pomp en de leidingen leeg zijn.

      Het apparaat door met antivries doorspoelen

      Instructie

      De instructies van de fabrikant van het vorstbeschermingsmiddel in acht nemen.

      1. Giet een in de handel verkrijgbaar antivriesmiddel in de vlotterbak.

      2. Schakel het apparaat (zonder brander) in tot het volledig is doorgespoeld.

      Dit biedt ook een zekere mate van bescherming tegen corrosie.

      Transport

      LET OP

      Onjuist transport met een industriële transportwagen

      Beschadigingsgevaar

      Let bij transport met een transportvoertuig op de uitlijning van het apparaat.


      LET OP

      Ondeskundig transport

      Beschadigingsgevaar

      Bescherm de trekker van het hogedrukpistool tegen beschadiging.

      VOORZICHTIG

      Niet in acht nemen van het gewicht

      Gevaar voor letsel en beschadiging

      Houd bij het vervoer rekening met het gewicht van het apparaat.

      1. Apparaat bij transport in voertuigen conform de richtlijnen tegen wegglijden en omvallen beveiligen.

      Opslag

      VOORZICHTIG

      Niet in acht nemen van het gewicht

      Gevaar voor letsel en beschadiging

      Houd bij de opslag rekening met het gewicht van het apparaat.

      Verzorging en onderhoud

      GEVAAR

      Per ongeluk opstartend apparaat, contact van stroomvoerende delen

      Verwondingsgevaar, elektrische schok

      Schakel vóór werkzaamheden aan het apparaat het apparaat uit.

      Trek de netstekker eruit.

      1. De watertoevoer sluiten.

      2. De hogedrukpistool openen.

      3. Schakel de pomp in met de apparaatschakelaar en laat deze 5-10 seconden draaien.

      4. De hogedrukpistool sluiten.

      5. De apparaatschakelaar op ‘0’ zetten.

      6. Trek de netstekker met droge handen uit het stopcontact.

      7. Verwijder de wateraansluiting.

      8. Het hogedrukpistool bedienen tot het apparaat drukloos is.

      9. Beveilig het hogedrukpistool. Duw hiervoor de veiligheidsgrendel naar voren.

      10. Het apparaat laten afkoelen.

      Veiligheidsinspectie/onderhoudscontract

      Met uw dealer kunt u een regelmatige veiligheidsinspectie vastleggen of een onderhoudscontract afsluiten. Vraag hierover advies.

      Onderhoudsintervallen

      Wekelijks

      LET OP

      Melkachtige olie

      Schade aan het apparaat

      Als de olie melkachtig is, neem dan onmiddellijk contact op met de geautoriseerde klantenservice.

      1. De zeef in de wateraansluiting reinigen.

      2. Reinig het fijnfilter.

      3. Reinig de brandstofzeef.

      4. Het oliepeil controleren.

      Eens per maand

      1. Het filter aan de reinigingsmiddel-zuigslang reinigen.

      Om de 500 bedrijfsuren, minstens jaarlijks

      1. De olie verversen.

      2. Onderhoud aan het apparaat door de klantenservice laten uitvoeren.

      Regelmatig, minstens elke 5 jaar

      1. Voer een druktest uit volgens de specificaties van de fabrikant.

      Onderhoudswerkzaamheden

      Nieuwe hogedrukslang monteren (alleen HDS MXA/SXA)

      WAARSCHUWING

      Gevaar van letsel

      De slangtrommel kan bij het loskomen van de grendelstand onverwachts zeer snel draaien.

      Volg de volgende stappen nauwgezet en bevestig de slangtrommel zoals beschreven.

      Instructie

      Alleen hogedrukslangen in de "Ultra Guard" uitvoering zijn geschikt voor dit apparaat.

      1. Het deksel van de slangtrommel met een platte schroevendraaier optillen.


      2. De hogedrukslang volledig van de slangtrommel afrollen.

      3. Een inbussleutel maat 10 door de zeskantige opening in de behuizing steken. De sleutel er zo ver insteken tot de slangtrommel geblokkeerd is.



      4. 2 schroeven eruit draaien.


      5. De slangstopper van de hogedrukslang afhalen.

      6. De borghaak eruit trekken.


      7. De hogedrukslang uit de slangaansluiting trekken.

      8. De nieuwe hogedrukslang door de slanggeleidingsrollen leiden en in de slangaansluiting steken. Let op de draairichting van de slangtrommel.

      9. De borghaak in de slangaansluiting steken.


      10. Controleer of alle onderlegringen zich achter de borghaak bevinden.

      11. De slangstopper aan het andere einde van de hogedrukslang aanbrengen. Afstand tot het slangeinde ongeveer 1 m (tot het hogedrukpistool).

      12. Het apparaat op de water- en stroomvoorziening aansluiten, in werking stellen en de aansluiting op dichtheid controleren.

      13. De slang spannen en op spanning houden. Terwijl de slang strak staat, trekt u de inbussleutel eruit.

      14. Ontgrendel de slangtrommel door aan de hogedrukslang te trekken en laat de hogedrukslang langzaam oprollen. Controleer de oprolsnelheid door de slang vast te houden.

      15. Plaats het deksel terug.

      Zeef in de wateraansluiting reinigen

      1. Verwijder de zeef.

      2. De zeef in water reinigen.

      3. Plaats de zeef weer.

      Fijnfilter reinigen

      1. Het apparaat drukloos maken.

      2. Schroef het fijnfilter van de pompkop los.

      3. Demonteer het fijnfilter en verwijder het filterelement.

      4. Het filter met schoon water of met perslucht reinigen.

      5. In omgekeerde volgorde monteren.

      Brandstofzeef reinigen

      1. De brandstofzeef schoonkloppen. Voorkom hierbij dat brandstof in het milieu terechtkomt.

      Filter aan de reinigingsmiddel-aanzuigslang reinigen

      1. De reinigingsmiddel-zuigaansluiting eruit trekken.

      2. Reinig het filter in water.

      3. Plaats het filter weer.

      Olie verversen

      Oliesoort en vulhoeveelheid, zie technische gegevens.

      1. Een opvangbak voor ca. 1 liter olie klaarzetten.

      2. De borgklem met een platte schroevendraaier optillen en de olieaftapplug uittrekken.

      3. De olie in de opvangbak aflaten.

        Instructie

        De oude olie op milieuvriendelijke wijze afvoeren of bij een geautoriseerde verzamelplaats afgeven.

      4. De olieaftapplug er weer induwen en hem met de borgklem vastzetten.

      5. De nieuwe olie langzaam tot de 'MAX'-markering in het oliereservoir vullen. Luchtbellen moeten kunnen ontsnappen.

      Hulp bij storingen

      GEVAAR

      Per ongeluk opstartend apparaat, contact van stroomvoerende delen

      Verwondingsgevaar, elektrische schok

      Schakel vóór werkzaamheden aan het apparaat het apparaat uit.

      Trek de netstekker eruit.

      • Controlelampje draairichting brandt 

      • Controlelampje Bedrijfsgereedheid gaat uit resp. apparaat werkt niet 

      • Controlelampje Service knippert 1x 

      • Controlelampje Service knippert 2x 

      • Het controlelampje service knippert 3x 

      • Het controlelampje service knippert 4x 

      • Controlelampje Service knippert 5x 

      • Controlelampje Service knippert 6x 

      • Controlelampje brand stof brandt 

      • Controlelampje systeemonderhoud brandt 

      • Apparaat bouwt geen druk op 

      • Apparaat lekt, er druppelt water uit de onderkant van het apparaat 

      • Het apparaat schakelt continu aan en uit terwijl het hogedrukpistool gesloten is 

      • Apparaat zuigt geen reinigingsmiddel aan 

      • Brander geen ontsteking 

      • Ingestelde temperatuur wordt niet bereikt bij gebruik met heet water 

      Controlelampje draairichting brandt

      Oplossing:

      1. De polen van de apparaatstekker omwisselen.


      Controlelampje Bedrijfsgereedheid gaat uit resp. apparaat werkt niet

      Oorzaak:

      Geen netspanning

      Oplossing:

      1. Controleer de netaansluiting en de toevoerleiding.

      Controlelampje Service knippert 1x

      Oorzaak:

      Watertekort

      Oplossing:

      1. Controleer de wateraansluiting en de toevoerleidingen.

      Oorzaak:

      Lek in het hogedruksysteem

      Oplossing:

      1. Controleer het hogedruksysteem en de aansluitingen op lekkage.

      Controlelampje Service knippert 2x

      Oorzaak:

      Fout in de stroomtoevoer of stroomverbruik van de motor te groot

      Oplossing:

      1. Controleer de spanningaansluiting en de netzekeringen.

      2. Informeer de klantenservice.

      Het controlelampje service knippert 3x

      Oorzaak:

      Motor overbelast/oververhit

      Oplossing:

      1. De apparaatschakelaar op ‘0’ zetten.

      2. Het apparaat laten afkoelen.

      3. Het apparaat inschakelen.

      Oorzaak:

      Storing treedt herhaaldelijk op

      Oplossing:

      1. De klantenservice op de hoogte brengen.

      Het controlelampje service knippert 4x

      Oorzaak:

      Uitlaatgastemperatuurregelaar werd geactiveerd

      Oplossing:

      1. De apparaatschakelaar op ‘0’ zetten.

      2. Het apparaat laten afkoelen.

      3. Het apparaat inschakelen.

      Oorzaak:

      Storing treedt herhaaldelijk op

      Oplossing:

      1. De klantenservice op de hoogte brengen.

      Controlelampje Service knippert 5x

      Oorzaak:

      Reed-schakelaar in de watertekortbeveiliging zit vast of magneetzuiger klemt

      Oplossing:

      1. Informeer de klantenservice.

      Controlelampje Service knippert 6x

      Oorzaak:

      Vlamvoeler heeft de brander uitgeschakeld

      Oplossing:

      1. Informeer de klantenservice.

      Controlelampje brand stof brandt

      Oorzaak:

      Brandstoftank is leeg

      Oplossing:

      1. Vul brandstof bij.

      Controlelampje systeemonderhoud brandt

      Oorzaak:

      Reservoir systeemonderhoud is leeg

      Oplossing:

      1. Het systeemonderhoud bijvullen.

      Apparaat bouwt geen druk op

      Oorzaak:

      Lucht in het systeem

      Oplossing:

      1. Pomp ontluchten:

        1. Het reinigingsmiddel-doseerventiel op “0” zetten.

        2. Schakel het apparaat met geopend hogedrukpistool meerdere keren in en uit met de apparaatschakelaar.

        3. Open en sluit de druk-/volumeregeling van de pompeenheid met het hogedrukpistool geopend.

          Instructie

          Het ontluchtingsproces wordt versneld door de hogedrukslang uit de hogedrukaansluiting te demonteren.

      2. Indien nodig reinigingsmiddel bijvullen.

      3. Controleer aansluitingen en leidingen.

      Oorzaak:

      De druk is ingesteld op MIN

      Oplossing:

      1. Stel de druk in op MAX.

      Oorzaak:

      Zeef in de wateraansluiting/fijnfilter vervuild

      Oplossing:

      1. Reinig de zeef.

      2. Reinig het fijnfilter, vervang het indien nodig.

      Oorzaak:

      Watertoevoerhoeveelheid te gering

      Oplossing:

      1. Controleer de water-toevoerhoeveelheid (zie Technische gegevens).

      Apparaat lekt, er druppelt water uit de onderkant van het apparaat

      Oorzaak:

      Pomp ondicht

      Oplossing:

      1. Als er een aanzienlijk lek is, laat het apparaat dan nakijken door de klantenservice.

        Instructie

        Toegestaan zijn 3 druppels/minuut.

      Het apparaat schakelt continu aan en uit terwijl het hogedrukpistool gesloten is

      Oorzaak:

      Lek in het hogedruksysteem

      Oplossing:

      1. Controleer het hogedruksysteem en de aansluitingen op lekkage.

      Apparaat zuigt geen reinigingsmiddel aan

      Oplossing:

      1. Laat het apparaat draaien met de doseerklep voor reinigingsmiddel open en de waterinlaat gesloten totdat de vlotterbak geleegd is en de druk tot "0" daalt.

      2. Open de watertoevoer weer.

      Oorzaak:

      Als de pomp nog steeds geen reinigingsmiddel aanzuigt, kan dit de volgende oorzaken hebben:

      Filter in de reinigingsmiddelaanzuigslang is vuil

      Oplossing:

      1. Het filter reinigen.

      Oorzaak:

      Terugslagklep zit vast

      Oplossing:

      1. Trek de reinigingsmiddelslang eraf en draai de terugslagklep met een stomp voorwerp los.

      Brander geen ontsteking

      Oorzaak:

      Brandstoftank is leeg

      Oplossing:

      1. Brandstof bijvullen.

      Oorzaak:

      Watertekort

      Oplossing:

      1. Controleer de wateraansluiting en de toevoerleidingen.

      Oorzaak:

      Brandstoffilter vuil

      Oplossing:

      1. Het brandstoffilter vervangen.

      Oorzaak:

      Geen ontstekingsvonk

      Oplossing:

      1. Als tijdens bedrijf geen ontstekingsvonk zichtbaar is door het kijkglas van de brander, laat het apparaat dan nakijken door de geautoriseerde klantenservice.

      Ingestelde temperatuur wordt niet bereikt bij gebruik met heet water

      Oorzaak:

      Werkdruk/opvoerhoeveelheid te hoog

      Oplossing:

      1. Verlaag de werkdruk/opvoerhoeveelheid met de druk/volumeregeling van de pompeenheid.

      Oorzaak:

      Verwamringsslang met roet

      Oplossing:

      1. Laat het roet door de klantenservice van het apparaat verwijderen.

      Klantenservice

      Als de storing niet kan worden verholpen, moet het apparaat door de klantenservice worden gecontroleerd.

      • Controlelampje draairichting brandt 

      • Controlelampje Bedrijfsgereedheid gaat uit resp. apparaat werkt niet 

      • Controlelampje Service knippert 1x 

      • Controlelampje Service knippert 2x 

      • Het controlelampje service knippert 3x 

      • Het controlelampje service knippert 4x 

      • Controlelampje Service knippert 5x 

      • Controlelampje Service knippert 6x 

      • Controlelampje brand stof brandt 

      • Controlelampje systeemonderhoud brandt 

      • Apparaat bouwt geen druk op 

      • Apparaat lekt, er druppelt water uit de onderkant van het apparaat 

      • Het apparaat schakelt continu aan en uit terwijl het hogedrukpistool gesloten is 

      • Apparaat zuigt geen reinigingsmiddel aan 

      • Brander geen ontsteking 

      • Ingestelde temperatuur wordt niet bereikt bij gebruik met heet water 

      Controlelampje draairichting brandt

      Oplossing:

      1. De polen van de apparaatstekker omwisselen.


      Controlelampje Bedrijfsgereedheid gaat uit resp. apparaat werkt niet

      Oorzaak:

      Geen netspanning

      Oplossing:

      1. Controleer de netaansluiting en de toevoerleiding.

      Controlelampje Service knippert 1x

      Oorzaak:

      Watertekort

      Oplossing:

      1. Controleer de wateraansluiting en de toevoerleidingen.

      Oorzaak:

      Lek in het hogedruksysteem

      Oplossing:

      1. Controleer het hogedruksysteem en de aansluitingen op lekkage.

      Controlelampje Service knippert 2x

      Oorzaak:

      Fout in de stroomtoevoer of stroomverbruik van de motor te groot

      Oplossing:

      1. Controleer de spanningaansluiting en de netzekeringen.

      2. Informeer de klantenservice.

      Het controlelampje service knippert 3x

      Oorzaak:

      Motor overbelast/oververhit

      Oplossing:

      1. De apparaatschakelaar op ‘0’ zetten.

      2. Het apparaat laten afkoelen.

      3. Het apparaat inschakelen.

      Oorzaak:

      Storing treedt herhaaldelijk op

      Oplossing:

      1. De klantenservice op de hoogte brengen.

      Het controlelampje service knippert 4x

      Oorzaak:

      Uitlaatgastemperatuurregelaar werd geactiveerd

      Oplossing:

      1. De apparaatschakelaar op ‘0’ zetten.

      2. Het apparaat laten afkoelen.

      3. Het apparaat inschakelen.

      Oorzaak:

      Storing treedt herhaaldelijk op

      Oplossing:

      1. De klantenservice op de hoogte brengen.

      Controlelampje Service knippert 5x

      Oorzaak:

      Reed-schakelaar in de watertekortbeveiliging zit vast of magneetzuiger klemt

      Oplossing:

      1. Informeer de klantenservice.

      Controlelampje Service knippert 6x

      Oorzaak:

      Vlamvoeler heeft de brander uitgeschakeld

      Oplossing:

      1. Informeer de klantenservice.

      Controlelampje brand stof brandt

      Oorzaak:

      Brandstoftank is leeg

      Oplossing:

      1. Vul brandstof bij.

      Controlelampje systeemonderhoud brandt

      Oorzaak:

      Reservoir systeemonderhoud is leeg

      Oplossing:

      1. Het systeemonderhoud bijvullen.

      Apparaat bouwt geen druk op

      Oorzaak:

      Lucht in het systeem

      Oplossing:

      1. Pomp ontluchten:

        1. Het reinigingsmiddel-doseerventiel op “0” zetten.

        2. Schakel het apparaat met geopend hogedrukpistool meerdere keren in en uit met de apparaatschakelaar.

        3. Open en sluit de druk-/volumeregeling van de pompeenheid met het hogedrukpistool geopend.

          Instructie

          Het ontluchtingsproces wordt versneld door de hogedrukslang uit de hogedrukaansluiting te demonteren.

      2. Indien nodig reinigingsmiddel bijvullen.

      3. Controleer aansluitingen en leidingen.

      Oorzaak:

      De druk is ingesteld op MIN

      Oplossing:

      1. Stel de druk in op MAX.

      Oorzaak:

      Zeef in de wateraansluiting/fijnfilter vervuild

      Oplossing:

      1. Reinig de zeef.

      2. Reinig het fijnfilter, vervang het indien nodig.

      Oorzaak:

      Watertoevoerhoeveelheid te gering

      Oplossing:

      1. Controleer de water-toevoerhoeveelheid (zie Technische gegevens).

      Apparaat lekt, er druppelt water uit de onderkant van het apparaat

      Oorzaak:

      Pomp ondicht

      Oplossing:

      1. Als er een aanzienlijk lek is, laat het apparaat dan nakijken door de klantenservice.

        Instructie

        Toegestaan zijn 3 druppels/minuut.

      Het apparaat schakelt continu aan en uit terwijl het hogedrukpistool gesloten is

      Oorzaak:

      Lek in het hogedruksysteem

      Oplossing:

      1. Controleer het hogedruksysteem en de aansluitingen op lekkage.

      Apparaat zuigt geen reinigingsmiddel aan

      Oplossing:

      1. Laat het apparaat draaien met de doseerklep voor reinigingsmiddel open en de waterinlaat gesloten totdat de vlotterbak geleegd is en de druk tot "0" daalt.

      2. Open de watertoevoer weer.

      Oorzaak:

      Als de pomp nog steeds geen reinigingsmiddel aanzuigt, kan dit de volgende oorzaken hebben:

      Filter in de reinigingsmiddelaanzuigslang is vuil

      Oplossing:

      1. Het filter reinigen.

      Oorzaak:

      Terugslagklep zit vast

      Oplossing:

      1. Trek de reinigingsmiddelslang eraf en draai de terugslagklep met een stomp voorwerp los.

      Brander geen ontsteking

      Oorzaak:

      Brandstoftank is leeg

      Oplossing:

      1. Brandstof bijvullen.

      Oorzaak:

      Watertekort

      Oplossing:

      1. Controleer de wateraansluiting en de toevoerleidingen.

      Oorzaak:

      Brandstoffilter vuil

      Oplossing:

      1. Het brandstoffilter vervangen.

      Oorzaak:

      Geen ontstekingsvonk

      Oplossing:

      1. Als tijdens bedrijf geen ontstekingsvonk zichtbaar is door het kijkglas van de brander, laat het apparaat dan nakijken door de geautoriseerde klantenservice.

      Ingestelde temperatuur wordt niet bereikt bij gebruik met heet water

      Oorzaak:

      Werkdruk/opvoerhoeveelheid te hoog

      Oplossing:

      1. Verlaag de werkdruk/opvoerhoeveelheid met de druk/volumeregeling van de pompeenheid.

      Oorzaak:

      Verwamringsslang met roet

      Oplossing:

      1. Laat het roet door de klantenservice van het apparaat verwijderen.

      Garantie

      In elk land gelden de garantievoorwaarden die door onze verantwoordelijke verkoopmaatschappij zijn uitgegeven. Mogelijke storingen aan uw apparaat verhelpen we binnen de garantieperiode gratis, voor zover een materiaal- of fabricagefout de oorzaak is. Als u gebruik wilt maken van de garantie, neemt u met uw aankoopbon contact op met uw distributeur of de dichtstbijzijnde geautoriseerde klantenservice.

      Meer informatie vindt u op: www.kaercher.com/dealersearch

      Toebehoren en reserveonderdelen

      Instructie

      Als het apparaat is aangesloten op een schoorsteen of als het apparaat niet zichtbaar is, raden we aan om een vlambewaker (optie) te installeren.

      Gebruik alleen origineel toebehoren en originele reserveonderdelen. Deze garanderen een veilige en storingsvrije werking van het apparaat.

      Informatie over toebehoren en reserveonderdelen vindt u onder www.kaercher.nl.

      EU-conformiteitsverklaring

      Hiermee verklaren wij dat de hierna vermelde machine op basis van het ontwerp en type en in de door ons op de markt gebrachte uitvoering voldoet aan de relevante veiligheids- en gezondheidsvereisten van de EU-richtlijnen. Bij een niet door ons goedgekeurde wijziging van de machine verliest deze verklaring zijn geldigheid.

      Product: Hogedrukreiniger

      Type: 1.071-xxx

      Relevante EU-richtlijnen

      2000/14/EG

      2006/42/EG (+2009/127/EG)

      2009/125/EG

      2011/65/EU

      2014/30/EU

      2014/53/EU

      2014/68/EU

      Categorie van de bouwgroep

      II

      Conformiteitsprocedure

      Module H

      Heetwaterslang

      Conformiteitsbeoordeling module H

      Stuurblok

      Conformiteitsbeoordeling module H

      Verschillende buisleidingen

      Conformiteitsbeoordeling art. 4, lid 3

      Toegepaste geharmoniseerde normen

      EN IEC 63000: 2018

      EN 55014-1: 2017 + A11: 2020

      EN 55014-2: 2015

      EN 60335-1

      EN 60335-2-79

      EN 61000-3-2: 2014

      EN 62233: 2008

      HDS 10/21-4, HDS 13/20-4:

      EN 61000-3-3: 2013

      HDS 9/20-4:

      EN 61000-3-11: 2000

      Toegepaste bepaling(en)

      (EU) 2019/1781

      Toegepaste specificaties:

      M.b.t. AD 2000

      M.b.t TRD 801

      Naam van de aangemelde instantie:voor 2014/68/EU

      TÜV Rheinland Industrie Service GmbH

      Am Grauen Stein

      51105 Köln

      Ken-nr. 0035

      Certificaat-nr.:

      01 202 111/Q-08 0003

      Toegepaste conformiteitswaarderingsprocedure

      2000/14/EG: Bijlage V

      Geluidsvermogensniveau dB(A)

      HDS 9/20-4

      Gemeten: 74

      Gegarandeerd: 93

      HDS 10/21-4

      Gemeten: 74

      Gegarandeerd: 93

      HDS 13/20-4

      Gemeten: 74

      Gegarandeerd: 93

      De ondergetekenden handelen in opdracht en met volmacht van de directie.


      Gevolmachtigde voor de documentatie:

      S. Reiser

      Alfred Kärcher SE & Co. KG

      Alfred-Kärcher-Str. 28 - 40

      71364 Winnenden (Germany)

      Tel.: +49 7195 14-0

      Fax: +49 7195 14-2212

      Winnenden, 2021/10/01

      Technische gegevens

      • HDS 9/20-4 M/MXA 

      • HDS 10/21-4 M/MXA 

      • HDS 13/20-4 S/SXA 

      HDS 9/20-4 M/MXA

      Elektrische aansluiting
      Netspanning
      400 V
      Fase
      3 ~
      Netfrequentie
      50 Hz
      Beschermingsgraad
      IPX5
      Beschermingsklasse
      I
      Aansluitvermogen
      7,0 kW
      Netbeveiliging (type C, gL/gG)
      16 A
      Wateraansluiting
      Toevoerdruk (max.)
      0,6 (6) MPa (bar)
      Toevoertemperatuur (max.)
      30 °C
      Toevoerdebiet (min.)
      1200 (20) l/h (l/min)
      Aanzuighoogte (max.)
      0,5 m
      Gegevens capaciteit apparaat
      Opbrengst, water
      450-900 (7,5-15) l/h (l/min)
      Werkdruk water met standaard mondstuk
      3-20 (30-200) MPa (bar)
      Overdruk veiligheidsventiel (maximum)
      23,5 (235) MPa (bar)
      Debiet stoombedrijf
      350-420 (5,8-7,0) l/h (l/min)
      Werkdruk stoombedrijf met stoomsproeier (max.)
      3,2 (32) MPa (bar)
      Onderdeel nr. stoomsproeier
      2.114-004.0 (40060)
      Bedrijfstemperatuur warm water (maximum)
      98 °C
      Werktemperatuur stoombedrijf
      155 °C
      Opbrengst, reinigingsmiddel
      0-54 (0-0,9) l/h (l/min)
      Brandervermogen
      75 kW
      Stookolieverbruik (max.)
      6,5 kg/h
      Reactiekracht van het hogedrukpistool
      50 N
      Sproeiergrootte van de standaardsproeier
      047
      Afmetingen en gewichten
      Typisch bedrijfsgewicht (M/S)
      177 kg
      Typisch bedrijfsgewicht (MXA/SXA)
      189 kg
      Lengte x breedte x hoogte
      1330 x 750 x 1060 mm
      Brandstoftank
      25 l
      Reinigingsmiddelreservoir
      20+10 l
      Hogedrukpomp
      Hoeveelheid olie
      1,0 l
      Type olie
      SAE 90
      Brander
      Brandstof
      Stookolie EL of diesel
      Berekende waarden conform EN 60335-2-79
      Geluidsdrukniveau LpA
      75 dB(A)
      Onzekerheid KpA
      3 dB(A)
      Geluidsvermogensniveau LWA + onzekerheid KWA
      93 dB(A)
      Hand-arm-vibratiewaarde
      3,7 m/s2
      Onzekerheid K
      0,3 m/s2

      HDS 10/21-4 M/MXA

      Elektrische aansluiting
      Netspanning
      400 V
      Fase
      3 ~
      Netfrequentie
      50 Hz
      Beschermingsgraad
      IPX5
      Beschermingsklasse
      I
      Aansluitvermogen
      8,0 kW
      Netbeveiliging (type C, gL/gG)
      16 A
      Wateraansluiting
      Toevoerdruk (max.)
      0,6 (6) MPa (bar)
      Toevoertemperatuur (max.)
      30 °C
      Toevoerdebiet (min.)
      1300 (21,7) l/h (l/min)
      Aanzuighoogte (max.)
      0,5 m
      Gegevens capaciteit apparaat
      Opbrengst, water
      500-1000 (8,3-16,7) l/h (l/min)
      Werkdruk water met standaard mondstuk
      3-21 (30-210) MPa (bar)
      Overdruk veiligheidsventiel (maximum)
      23,5 (235) MPa (bar)
      Debiet stoombedrijf
      380-480 (6,3-8,0) l/h (l/min)
      Werkdruk stoombedrijf met stoomsproeier (max.)
      3,2 (32) MPa (bar)
      Onderdeel nr. stoomsproeier
      2.114-006.0 (40070)
      Bedrijfstemperatuur warm water (maximum)
      98 °C
      Werktemperatuur stoombedrijf
      155 °C
      Opbrengst, reinigingsmiddel
      0-54 (0-0,9) l/h (l/min)
      Brandervermogen
      83 kW
      Stookolieverbruik (max.)
      7,3 kg/h
      Reactiekracht van het hogedrukpistool
      57 N
      Sproeiergrootte van de standaardsproeier
      052
      Afmetingen en gewichten
      Typisch bedrijfsgewicht (M/S)
      183 kg
      Typisch bedrijfsgewicht (MXA/SXA)
      195 kg
      Lengte x breedte x hoogte
      1330 x 750 x 1060 mm
      Brandstoftank
      25 l
      Reinigingsmiddelreservoir
      20+10 l
      Hogedrukpomp
      Hoeveelheid olie
      1,0 l
      Type olie
      SAE 90
      Brander
      Brandstof
      Stookolie EL of diesel
      Berekende waarden conform EN 60335-2-79
      Geluidsdrukniveau LpA
      75 dB(A)
      Onzekerheid KpA
      3 dB(A)
      Geluidsvermogensniveau LWA + onzekerheid KWA
      93 dB(A)
      Hand-arm-vibratiewaarde
      4,6 m/s2
      Onzekerheid K
      0,3 m/s2

      HDS 13/20-4 S/SXA

      Elektrische aansluiting
      Netspanning
      400 V
      Fase
      3 ~
      Netfrequentie
      50 Hz
      Beschermingsgraad
      IPX5
      Beschermingsklasse
      I
      Aansluitvermogen
      9,5 kW
      Netbeveiliging (type C, gL/gG)
      25 A
      Maximaal toegestane netimpedantie
      0.402 Ω
      Wateraansluiting
      Toevoerdruk (max.)
      0,6 (6) MPa (bar)
      Toevoertemperatuur (max.)
      30 °C
      Toevoerdebiet (min.)
      1500 (25) l/h (l/min)
      Aanzuighoogte (max.)
      0,5 m
      Gegevens capaciteit apparaat
      Opbrengst, water
      600-1300 (10-21,7) l/h (l/min)
      Werkdruk water met standaard mondstuk
      3-20 (30-200) MPa (bar)
      Overdruk veiligheidsventiel (maximum)
      23,5 (235) MPa (bar)
      Debiet stoombedrijf
      485-648 (8,1-10,8) l/h (l/min)
      Werkdruk stoombedrijf met stoomsproeier (max.)
      3,2 (32) MPa (bar)
      Onderdeel nr. stoomsproeier
      2.114-011.0 (40100)
      Bedrijfstemperatuur warm water (maximum)
      98 °C
      Werktemperatuur stoombedrijf
      155 °C
      Opbrengst, reinigingsmiddel
      0-54 (0-0,9) l/h (l/min)
      Brandervermogen
      108 kW
      Stookolieverbruik (max.)
      9,5 kg/h
      Reactiekracht van het hogedrukpistool
      72 N
      Sproeiergrootte van de standaardsproeier
      S: 068, SXA: 070
      Afmetingen en gewichten
      Typisch bedrijfsgewicht (M/S)
      206 kg
      Typisch bedrijfsgewicht (MXA/SXA)
      218 kg
      Lengte x breedte x hoogte
      1330 x 750 x 1060 mm
      Brandstoftank
      25 l
      Reinigingsmiddelreservoir
      20+10 l
      Hogedrukpomp
      Hoeveelheid olie
      1,0 l
      Type olie
      SAE 90
      Brander
      Brandstof
      Stookolie EL of diesel
      Berekende waarden conform EN 60335-2-79
      Geluidsdrukniveau LpA
      75 dB(A)
      Onzekerheid KpA
      3 dB(A)
      Geluidsvermogensniveau LWA + onzekerheid KWA
      93 dB(A)
      Hand-arm-vibratiewaarde
      4,6 m/s2
      Onzekerheid K
      0,3 m/s2
      <BackPage>

       

        

       



      </BackPage>