HDS 18/18-4 S Classic

59802380 (10/24)
59802380 (10/24)
Voordat u het apparaat voor het eerst gebruikt, dient u deze oorspronkelijke gebruiksaanwijzing en de meegeleverde veiligheidsinstructies door te lezen Handel dienovereenkomstig.
Bewaar beide documenten voor later gebruik of volgende eigenaars.
Wanneer de gebruiksaanwijzing en de veiligheidsinstructies niet worden opgevolgd, kan dit schade aan het toestel en gevaar voor de bediener en andere personen tot gevolg hebben.
Bij transportschade de dealer onmiddellijk op de hoogte brengen.
Controleer bij het uitpakken of de verpakkingsinhoud compleet is en niet beschadigd is. Leveringsomvang zie afbeelding A.
Neem bij een bedrijfshoogte van meer dan ca. 800 m boven NAP contact op met uw dealer om de instelling van de brander aan de hoogte en het lagere zuurstofgehalte aan te passen.
De verpakkingsmaterialen zijn herbruikbaar. Verwijder verpakkingen op een milieuvriendelijke manier.
Elektrische en elektronische apparaten bevatten waardevolle recyclebare materialen en vaak bestanddelen zoals batterijen, accu's of olie, die bij onjuiste omgang of verkeerd afvalverwijdering een potentieel gevaar voor de gezondheid van de mens en voor het milieu kunnen vormen. Voor een correcte werking van het apparaat zijn deze bestanddelen echter noodzakelijk. Voer apparaten met dit symbool niet samen met het huisvuil af.
Actuele informatie over ingrediënten vindt u op: www.kaercher.de/REACH
Zorg ervoor dat motorolie, stookolie, diesel en benzine niet in het milieu terechtkomen. Bescherm de grond en verwijder afgewerkte olie op milieuvriendelijke wijze.
0 = uit
![]() | De hogedrukstraal niet op personen, dieren, actieve elektrische uitrusting of het apparaat zelf richten. Het apparaat tegen vorst beschermen. |
![]() | Gevaar door elektrische spanning. Uitsluitend elektriciens of daartoe bevoegde vakmensen mogen werkzaamheden aan de elektrotechnische installatie uitvoeren. |
![]() | Overeenkomstig de voorschriften mag het apparaat nooit zonder systeemscheider op het drinkwaternet worden gebruikt. Zorg ervoor dat de aansluiting van uw waterinstallatie, waarop de hogedrukreiniger wordt aangesloten, met een systeemscheider conform EN 12729 type BA is uitgerust. Water dat door een systeemscheider stroomt, geldt niet meer als drinkwater. Sluit de systeemscheider altijd aan op de watertoevoer, nooit direct op het apparaat. |
![]() | Gezondheidsrisico door giftige uitlaatgassen. Adem de uitlaatgassen niet in. |
![]() | Verbrandingsgevaar door hete oppervlakken. |
![]() | Code voor informatie |
Het apparaat is uitsluitend bedoeld voor als reinigingsapparaat, bijv. voor machines, voertuigen, gebouwen, gereedschappen, gevels, patio's en tuinapparatuur.
Gebruik bij tankstations of andere gevarenzones
Gevaar voor letsel
Neem de desbetreffende veiligheidsvoorschriften in acht.Voorkom dat afvalwater met minerale olie in de grond, water of riolering terechtkomt. Motor wassen of ondergrond wassen alleen op geschikte plaatsen met olieafscheider uitvoeren.
Vervuild water
Vroegtijdige slijtage of afzettingen in het apparaat
Gebruik het apparaat enkel met zuiver water of met recyclingwater dat de grenswaarden niet overschrijdt.Voor de watertoevoer gelden volgende grenswaarden:
pH-waarde: 6,5-9,5
Elektrisch geleidingsvermogen: Geleidingsvermogen van schoon water + 1200 µS/cm, maximaal geleidingsvermogen 2000 µS/cm
Afzetbare stoffen (testvolume 1 l, afzettingstijd 30 minuten): < 0,5 mg/l
Filtreerbare stoffen: < 50 mg/l, geen abrasieve stoffen
koolwaterstoffen: < 20 mg/l
chloride: < 300 mg/l
sulfaat: < 240 mg/l
calcium: < 200 mg/l
totale hardheid: < 28 °dH, < 50° TH, < 500 ppm (mg CaCO3/l)
ijzer: < 0,5 mg/l
mangaan: < 0,05 mg/l
koper: < 2 mg/l
actieve chloor: < 0,3 mg/l
Vrij van onaangename geuren
Voor het apparaat gelden de volgende veiligheidsinstructies:
Neem de betreffende nationale voorschriften van de wetgever voor vloeistofstralers in acht.
Neem de betreffende nationale voorschriften van de wetgever inzake ongevallenpreventie in acht. Vloeistofstralers moeten regelmatig worden getest en het resultaat van de test schriftelijk worden vastgelegd.
Bedenk dat de verwarming van het apparaat een stookinstallatie is. Stookinstallaties moeten regelmatig conform de betreffende nationale voorschriften van de wetgever worden getest.
Aan het apparaat en aan de toebehoren mogen geen veranderingen worden aangebracht.
Om gevaar door te hoge temperaturen te voorkomen, moet u bij werktemperaturen boven 60 °C de druk-/debietregeling van de pompeenheid op MAX instellen.
Veiligheidsinrichtingen dienen voor de bescherming van de gebruiker en mogen niet buiten werking worden gesteld of worden overbrugd.
Als de hoeveelheid water aan de pompkop of met de druk-/volumeregeling op het hogedrukpistool wordt gereduceerd, gaat de overstroomklep open en stroomt een deel van het water terug naar de zuigzijde van de pomp.
Wanneer het hogedrukpistool wordt gesloten, gaat de overstroomklep open en al het water stroomt terug naar de aanzuigzijde van de pomp. De drukschakelaar op de overstroomklep stuurt een signaal naar de besturing, die de pomp na afloop van een nalooptijd van ongeveer 30 seconden uitschakelt.
Wanneer het hogedrukpistool weer wordt geopend, schakelt de drukschakelaar op de overstroomklep de pomp weer in.
De overloopklep is af fabriek ingesteld en verzegeld. De instelling wordt uitgevoerd door de klantenservice.
Het veiligheidsventiel gaat open als de druk in het systeem te hoog is.
De veiligheidsklep is af fabriek ingesteld en verzegeld. De instelling wordt uitgevoerd door de klantenservice.
De watertekortbeveiliging verhindert dat de brander wordt ingeschakeld bij watertekort.
De uitlaatgastemperatuur-begrenzer schakelt het apparaat uit, als de uitlaatgastemperatuur te hoog is.
Het vlambewakingssysteem controleert de lichtsterkte van de vlam op de brander en schakelt de brander uit in geval van een storing.
De stroom van het apparaat wordt begrensd door de HDS-besturingsprintplaat. Bovendien worden de ventilatormotor en de pompmotor elk beschermd door een wikkelingsbeveiligingscontact.
De temperatuursensor schakelt de brander uit wanneer de ingestelde watertemperatuur bereikt wordt.
De veiligheidspal op het hogedrukpistool voorkomt dat het apparaat per ongeluk wordt ingeschakeld.
Als het apparaat 30 minutenlang niet wordt gebruikt, dan schakelt het uit. De stand-bytijd kan door de klantenservice worden geactiveerd en gedeactiveerd via het servicemenu.
Beschadigde componenten
Gevaar voor letsel
Controleer apparaat, toebehoren, toevoerleidingen en aansluitingen op onberispelijke toestand. Als de toestand niet perfect is, mag u het apparaat niet gebruiken.De parkeerrem vergrendelen.
Melkachtige olie
Schade aan het apparaat
Als de olie melkachtig is, neem dan onmiddellijk contact op met de geautoriseerde klantenservice.Het apparaat op een vlakke ondergrond zetten.
Het oliepeil van de hogedrukpomp bij de oliepeilindicatie controleren.
Het oliepeil moet zich in het midden van de oliepeilindicatie bevinden.
Indien nodig olie bijvullen.
Het EASY!Lock-systeem verbindt componenten door een snelschroefdraad met slechts een omwenteling snel en veilig.
De straalbuis met de hogedrukpistool verbinden en handvast aantrekken (EASY!Lock).
De hogedruksproeier op de straalbuis steken.
De wartelmoer monteren en handvast aantrekken (EASY!Lock).
De hogedrukslang met de hogedrukpistool en de hogedrukaansluiting van het apparaat verbinden en handvast aantrekken (EASY!Lock)
RM 110 voorkomt verkalking van de heetwaterslang in geval van hard water.
RM 111 dient bij zacht water als pompverzorging en ter bescherming tegen zwartwatervorming.
Waterhardheid (°dH) | Te gebruiken systeemonderhoud |
<3 | RM 111 |
>3 | RM 110 |
Bepaal de plaatselijke waterhardheid via het plaatselijke waterleidingbedrijf of met een hardheidsmeter (bestelnummer 6.768-004.0).
Het systeemonderhoud is niet in de leveringsomvang inbegrepen.
Het systeemonderhoud voorkomt op een doeltreffende manier verkalking van de heetwaterslang bij werking met kalkhoudend leidingwater. Het wordt druppelsgewijs gedoseerd aan de toevoer van de vlottertank.
De dosering is in de fabriek op een gemiddelde waterhardheid ingesteld. Het apparaat kan door de klantenservice worden aangepast aan de plaatselijke waterhardheid.
Het systeemonderhoud bijvullen.
Ongeschikte brandstof
Explosiegevaar
Vul alleen dieselbrandstof of lichte stookolie bij. Ongeschikte brandstoffen, bijv. benzine, mogen niet worden gebruikt.Gebruik met een lege brandstoftank
Vernieling van de brandstofpomp
Gebruik het apparaat nooit met een lege brandstoftank.De reservoirsluiting openen.
Vul brandstof bij.
De reservoirafsluiting sluiten.
Eventueel overgelopen brandstof wegvegen.
Aansluitwaarden zie Technische gegevens.
De watertoevoerslang is niet bij de leveringsomvang inbegrepen.
Sluit de toevoerslang (minimale lengte 7,5 m, minimale diameter 1“) aan op de wateraansluiting van het apparaat en op de watertoevoer (bijvoorbeeld een waterkraan).
De watertoevoer openen.
Ongeschikte elektrische verlengkabels
Elektrische schok
Gebruik buiten alleen daarvoor toegestane en overeenkomstig gemarkeerde elektrische verlengkabels waarvan de diameter groot genoeg is.Zorg ervoor dat de stekker en koppeling van een gebruikte verlengkabel waterdicht zijn.Rol verlengsnoeren altijd volledig uit.Overschrijding van de netwerkimpedantie
Elektrische schok bij kortsluiting
De maximaal toegestane netimpedantie op het elektrische aansluitpunt (zie technische gegevens) mag niet worden overschreden.Bij onduidelijkheden over de op uw aansluitpunt bestaande netimpedantie neemt u contact op met uw energiebedrijf.Aansluitwaarden, zie technische gegevens en typeplaatje.
De elektrische aansluiting moet door een elektricien worden uitgevoerd en voldoen aan IEC 60364-1.
Brandbare vloeistoffen
Explosiegevaar
Sproei geen ontvlambare vloeistoffen.Gebruik zonder straalbuis
Gevaar voor letsel
Gebruik het apparaat nooit zonder gemonteerde straalbuis.Controleer voor elk gebruik of het mondstuk stevig vastzit. De schroefverbinding van de straalbuis moet handvast zijn vastgedraaid.Hogedrukwaterstraal
Gevaar voor letsel
Bevestig de trekker en de veiligheidshendel nooit in geactiveerde positie.Gebruik het hogedrukpistool niet als de veiligheidshendel beschadigd is.Plaats voor alle werkzaamheden aan het apparaat de veiligheidsgrendel van het hogedrukpistool naar voren.Houd de hogedrukpistool en de straalbuis met beide handen vast.Gevaar door beschadigd netsnoer
Elektrische schok
Zorg ervoor dat het netsnoer tijdens de werkings niet in contact komt met de brander (heet).Gebruik met een lege brandstoftank
Vernieling van de brandstofpomp
Gebruik het apparaat nooit met een lege brandstoftank.Hogedrukpistool openen: De veiligheidshendel en de trekker bedienen.
Hogedrukpistool sluiten: De veiligheidshendel en de trekker loslaten.
Schakel het apparaat uit en bedien het hogedrukpistool tot het apparaat drukloos is.
Beveilig het hogedrukpistool; duw hiervoor de veiligheidsgrendel naar voren.
Vervang de nozzle.
De apparaatschakelaar in de gewenste bedrijfsmodus zetten. De controlelamp Bedrijfsgereedheid brandt. Het apparaat start kort en schakelt uit, zodra de werkdruk is bereikt.
Als het controlelampje Draairichting brandt tijdens gebruik, het apparaat onmiddellijk uitschakelen en de storing verhelpen. Zie hulp bij storingen.
Ontgrendel het hogedrukpistool; duw hiervoor de veiligheidsgrendel naar achteren. Bij bediening van het hogedrukpistool schakelt het apparaat weer in.
Als er geen water uit de hogedruknozzle treedt, de pomp ontluchten. Zie hulp bij storingen - apparaat bouwt geen druk op.
Draai de regelspindel met de klok mee: de werkdruk verhogen (MAX).
Draai de regelspindel tegen de klok in: de werkdruk verlagen (MIN).
Gevaar door losse straalbuis
Gevaar voor letsel
Let er bij het instellen van de druk-/hoeveelheidsregeling op dat de schroefverbinding van de straalbuis niet losraakt.Wil je langdurig met gereduceerde druk werken, stel de druk dan in op de druk-/volumeregeling van de pompeenheid.
De apparaatschakelaar op max. 90 °C instellen.
Stel de werkdruk op de druk-/volumeregeling van de pompeenheid in op de maximale waarde.
Stel de werkdruk en het volume in door de druk-/volumeregeling op het hogedrukpistool te draaien (traploos) (+/-).
De hogedrukstraal altijd eerst vanaf grotere afstand en met lage temperatuur op het te reinigen object richten om beschadiging door te hoge druk en temperatuur te voorkomen.
De reinigingstemperatuur instellen naar gelang van het te reinigen oppervlak.
Voor het verwijderen van lichte vervuiling en voor spoelen, bijv. tuingereedschap, terras, gereedschap.
Het apparaat werkt in het meest rendabele temperatuurbereik (max. 60 °C).
Heet water
Gevaar voor brandwonden
Vermijd contact met heet water.Gevaar door te hoge temperaturen
Verbrandingsgevaar
Om gevaar door te hoge temperaturen te voorkomen, moet u bij werktemperaturen boven 60 °C de druk-/debietregeling van de pompeenheid op MAX instellen.Na gebruik met heet water kunnen soms waterdruppels uit het veiligheidsventiel ontsnappen ten gevolge van de restwarmte in de ketel.
De apparaatschakelaar instellen op de gewenste temperatuur.
30-50 °C: Lichte vervuiling
Max. 60 °C: Eiwithoudend vuil, bijv. in de levensmiddelenindustrie
60-90 °C: Autoreiniging, machinereiniging
Beveilig het hogedrukpistool; duw hiervoor de veiligheidsgrendel naar voren.
Gevaar door heet water
Verbrandingsgevaar
Laat het apparaat na gebruik met heet water ter afkoeling minimaal 2 minuten met koud water en geopend pistool lopen.De watertoevoer sluiten.
De hogedrukpistool openen.
Schakel de pomp in met de apparaatschakelaar en laat deze 5-10 seconden draaien.
De hogedrukpistool sluiten.
De apparaatschakelaar op ‘0’ zetten.
Trek de netstekker met droge handen uit het stopcontact.
Verwijder de wateraansluiting.
Het hogedrukpistool bedienen tot het apparaat drukloos is.
Beveilig het hogedrukpistool. Duw hiervoor de veiligheidsgrendel naar voren.
Knik de hogedrukslang en de elektrische leiding niet.
Het hogedrukpistool met straalbuis in de houder op het frame eggen.
Rol de hogedrukslang en de elektrische kabel op en hang ze aan de houders.
Gevaar door vorst
Vernietiging van het apparaat door bevriezend water.
Bewaar het apparaat dat niet volledig is afgetapt op een vorstvrije plaats.Bij apparaten die op een schoorsteen zijn aangesloten, moet de binnendringende, koude lucht in acht worden genomen.
Koude lucht komt binnen via de schoorsteen
Beschadigingsgevaar
Koppel het apparaat los van de haard, als de buitentemperatuur lager is dan 0 °C.Schakel het apparaat uit, als een vorstvrije opslag niet mogelijk is.
Voor langere pauzes van bedrijf of als vorstvrij opbergen niet mogelijk is:
Het water aflaten.
Het apparaat met antivries spoelen.
Schroef de watertoevoerslang en de hogedrukslang los.
Schroef de toevoerleiding aan de ketelonderzijde los en tap de verwarmingsslang af.
Het apparaat maximaal 1 minuut laten lopen, tot de pomp en de leidingen leeg zijn.
De instructies van de fabrikant van het vorstbeschermingsmiddel in acht nemen.
Giet een in de handel verkrijgbaar antivriesmiddel in de vlotterbak.
Schakel het apparaat (zonder brander) in tot het volledig is doorgespoeld.
Dit biedt ook een zekere mate van bescherming tegen corrosie.
Ondeskundig transport
Beschadigingsgevaar
Bescherm de trekker van het hogedrukpistool tegen beschadiging.Niet in acht nemen van het gewicht
Gevaar voor letsel en beschadiging
Houd bij het vervoer rekening met het gewicht van het apparaat.Een spanband tussen het wiel en het frame over de bodemplaat leiden om het apparaat vast te zetten. De afbeelding volgen.
Bij vervoer in voertuigen het apparaat conform de richtlijnen beveiligen tegen wegglijden en omvallen.
Ondeskundig kraantransport
Verwondingsgevaar door vallend apparaat of vallende voorwerpen
Neem de plaatselijke voorschriften inzake ongevallenpreventie, de wetgeving en de veiligheidsvoorschriften in acht.Het apparaat mag alleen door personen met de kraan worden vervoerd die over de bediening van de kraan zijn geïnstrueerd.Controleer de takel voor elk kraantransport op beschadiging.Vóór elk kraantransport de beugel voor kraantransport controleren op beschadiging.Het apparaat alleen optillen in het midden van de beugel voor kraantransport.Gebruik geen aanslagkettingen.Beveilig de hijsinrichting, zodat de last niet per ongeluk los kan raken.Verwijder vóór het kraantransport de straalbuis met het hogedrukpistool en andere losse voorwerpen.Vervoer tijdens het hijsen geen voorwerpen op het apparaat.Ga niet onder de last staan.Let erop dat zich in de gevarenzone van de kraan geen personen bevinden.Laat het apparaat niet zonder toezicht aan de kraan hangen.De hefinrichting aan de beugel voor kraantransport van het apparaat bevestigen.
Niet in acht nemen van het gewicht
Gevaar voor letsel en beschadiging
Houd bij de opslag rekening met het gewicht van het apparaat.Per ongeluk opstartend apparaat, contact van stroomvoerende delen
Verwondingsgevaar, elektrische schok
Schakel vóór werkzaamheden aan het apparaat het apparaat uit.Trek de netstekker eruit.De watertoevoer sluiten.
De hogedrukpistool openen.
Schakel de pomp in met de apparaatschakelaar en laat deze 5-10 seconden draaien.
De hogedrukpistool sluiten.
De apparaatschakelaar op ‘0’ zetten.
Trek de netstekker met droge handen uit het stopcontact.
Verwijder de wateraansluiting.
Het hogedrukpistool bedienen tot het apparaat drukloos is.
Beveilig het hogedrukpistool. Duw hiervoor de veiligheidsgrendel naar voren.
Het apparaat laten afkoelen.
Met uw dealer kunt u een regelmatige veiligheidsinspectie vastleggen of een onderhoudscontract afsluiten. Vraag hierover advies.
Melkachtige olie
Schade aan het apparaat
Als de olie melkachtig is, neem dan onmiddellijk contact op met de geautoriseerde klantenservice.Het waterinlaatfilter reinigen.
Het fijnfilter reinigen.
De brandstofzeef reinigen.
Het brandstoffilter reinigen.
Het oliepeil controleren.
Het vulniveau van het systeemonderhoudsreservoir controleren. Het systeemonderhoud bijvullen indien nodig.
De olie verversen.
Het apparaat laten ontkalken door de klantenservice.
Onderhoud aan het apparaat door de klantenservice laten uitvoeren.
Het apparaat drukloos maken.
De wartelmoer op het watertoevoerfilter demonteren en het filterelement verwijderen.
Reinig het filterelement met schoon water of met perslucht.
In omgekeerde volgorde monteren.
Het apparaat drukloos maken.
De waterslang losschroeven van het fijnfilter.
De wartelmoer op het fijnfilter demonteren en het filterelement verwijderen.
Reinig het filterelement met schoon water of met perslucht.
In omgekeerde volgorde monteren.
De brandstofzeef schoonkloppen. Voorkom hierbij dat brandstof in het milieu terechtkomt.
De 3 bevestigingsschroeven van de kap lossen en de kap verwijderen.
Het brandstoffilter demonteren.
Het brandstoffilter reinigen.
Het brandstoffilter weer monteren.
Oliesoort en vulhoeveelheid, zie technische gegevens.
De 3 bevestigingsschroeven van de kap lossen en de kap verwijderen.
De 2 bevestigingsschroeven tussen de brandstoftank en de elektrokast lossen.
De elektrokast optillen en de brandstoftank in de richting van de branderventilator schuiven. De elektrokast op de motor neerzetten.
Een geschikte opvangbak voor ongeveer 1,5 liter olie onder de pomp zetten.
De olieaftapplug lossen.
De olie in de opvangbak aftappen. Om de olie sneller en vollediger te laten weglopen, de olievulplug helemaal losdraaien.
De oude olie op milieuvriendelijke wijze afvoeren of bij een geautoriseerde verzamelplaats afgeven.
De olieaftapplug weer vastdraaien, koppel 20...25 Nm.
Nieuwe olie langzaam bijvullen tot het midden van de oliepeilindicatie. Luchtbellen moeten kunnen ontsnappen.
De olievulplug erin schroeven.
De brandstoftank weer terugschuiven.
Om de conversie ongedaan te maken, alle stappen in omgekeerde volgorde uitvoeren.
Per ongeluk opstartend apparaat, contact van stroomvoerende delen
Verwondingsgevaar, elektrische schok
Schakel vóór werkzaamheden aan het apparaat het apparaat uit.Trek de netstekker eruit.Led | Knippercode | Betekenis |
---|---|---|
Led servicemenu (rood) | - | Rotatierichting (verkeerd draaiveld) |
Led Service (rood) | Brandt | Service/onderhoud uitvoeren |
knippert 1x | Lekkage aan apparaat. | |
knippert 2x | Fout stroom/spanning:
| |
knippert 3x | Fout in wikkelingsbeveiligingscontact | |
knippert 4x | Fout uitlaatgas | |
knippert 5x | Watertekort/droogloop | |
knippert 6x | Led vlamsensor te helder / te donker | |
knippert 7x | Fout temperatuursensor wateruitlaat | |
knippert 8x | Communicatiefout | |
Led werking (groen) | Brandt | Normale werking zonder fouten |
knippert 1x | Pomp heeft 30 minuten lang onafgebroken gedraaid | |
knippert 2x | Pomp staat al 30 minuten lang continu stil | |
Led systeemonderhoud (oranje) | Brandt | Systeemonderhoud leeg |
Brander ontsteekt niet of vlam dooft tijdens gebruik
Oorzaak:
Temperatuurregelaar te laag ingesteld.
Oplossing:
Bediener
De temperatuurregelaar hoger instellen.
Oorzaak:
De schakelaar van het apparaat staat niet op warm water.
Oplossing:
Bediener
Het apparaat op een hogere temperatuur instellen.
Oorzaak:
Watertekortbeveiliging in het veiligheidsblok is uitgeschakeld (led Service knippert 5 maal).
Oplossing:
Bediener
Zorgen voor voldoende watertoevoer.
het apparaat op dichtheid controleren.
Oorzaak:
Maximumtemperatuurbegrenzer in de wateruitlaat (> 90 °C) is geactiveerd.
Oplossing:
Serviceafdeling
Temperatuurregelaar controleren.
Oorzaak:
Afvoergas-temperatuurbegrenzer is geactiveerd (led Service knippert 4 maal)
Oplossing:
Bediener
De apparaatschakelaar op '0' zetten.
Het apparaat laten afkoelen.
Het apparaat inschakelen.
Oorzaak:
Storing treedt herhaaldelijk op
Oplossing:
Serviceafdeling
De klantenservice op de hoogte brengen.
Het controlelampje Service (rood) knippert 1x
Oorzaak:
Rotatierichting verkeerd.
Oplossing:
Bediener
De polen in de apparaatstekker omwisselen.
Het controlelampje Service knippert 1x
Oorzaak:
Lek in het hogedruksysteem
Oplossing:
Bediener
Controleer het hogedruksysteem en de aansluitingen op lekken.
Het controlelampje Service knippert 2x
Oorzaak:
Fout in de spanningsvoorziening of stroomverbruik van de motor te hoog.
Oplossing:
Bediener
Controleer de spanningaansluiting en de netzekeringen.
De klantenservice op de hoogte brengen.
Het controlelampje service knippert 3x
Oorzaak:
Motor overbelast of oververhit.
Oplossing:
Bediener
De apparaatschakelaar op '0' zetten.
Het apparaat laten afkoelen.
Het apparaat inschakelen.
Oorzaak:
Storing treedt herhaaldelijk op
Oplossing:
Serviceafdeling
De klantenservice op de hoogte brengen.
Het controlelampje Service knippert 4x
Oorzaak:
Afvoergas-temperatuurbegrenzer is geactiveerd.
Oplossing:
Bediener
De apparaatschakelaar op '0' zetten.
Het apparaat laten afkoelen.
Het apparaat inschakelen.
Oorzaak:
Storing treedt herhaaldelijk op
Oplossing:
Serviceafdeling
De klantenservice op de hoogte brengen.
Het controlelampje Service knippert 5x
Oorzaak:
Watertekort.
Oplossing:
Bediener
Controleer de wateraansluiting en de toevoerleidingen.
Oorzaak:
De reedschakelaar in de watertekortbeveiliging zit vast of de magneetzuiger is vastgelopen.
Oplossing:
Serviceafdeling
De klantenservice op de hoogte brengen.
Het controlelampje Service knippert 6x
Oorzaak:
De vlamsensor heeft de brander uitgeschakeld.
Oplossing:
Serviceafdeling
De klantenservice op de hoogte brengen.
Het controlelampje Service knippert 7x
Oorzaak:
Fout temperatuursensor wateruitlaat.
Oplossing:
Serviceafdeling
De klantenservice op de hoogte brengen.
Het controlelampje Service knippert 8x
Oorzaak:
Communicatiefout.
Oplossing:
Serviceafdeling
De klantenservice op de hoogte brengen.
Led voor systeemonderhoud brandt
Oorzaak:
Systeemonderhoud verbruikt.
Oplossing:
Bediener
Systeemonderhoud bijvullen.
Oorzaak:
Sproeier uitgespoeld.
Oplossing:
Bediener
Sproeier vervangen.
Oorzaak:
Niet genoeg water.
Oplossing:
Bediener
Zorgen voor voldoende watertoevoer.
Oorzaak:
Watertoevoerfilter vervuild.
Oplossing:
Bediener
Filter reinigen.
Oorzaak:
Fijnfilter vervuild.
Oplossing:
Bediener
Filter reinigen.
Oorzaak:
Vlotterklep zit klem.
Oplossing:
Bediener
Controleren of het ventiel vrij kan bewegen.
Oorzaak:
Veiligheidsventiel lek.
Oplossing:
Serviceafdeling
De instellingen controleren.
Indien nodig een nieuwe afdichting installeren.
Oorzaak:
Volumeregelventiel lekt of is te laag ingesteld.
Oplossing:
Serviceafdeling
De onderdelen van het ventiel controleren.
De onderdelen vervangen als ze beschadigd zijn, of deze reinigen als ze vuil zijn.
Oorzaak:
Magneetventiel drukontlasting defect.
Oplossing:
Serviceafdeling
Het magneetventiel vervangen.
Oorzaak:
Waterpomp zuigt een kleine hoeveelheid lucht aan.
Oplossing:
Klantenservice
Het aanzuigsysteem controleren en eventuele lekken verhelpen.
Oorzaak:
Sproeier in de straalbuis verstopt.
Oplossing:
Bediener
De sproeier controleren en reinigen.
Oorzaak:
Apparaat is verkalkt.
Oplossing:
Serviceafdeling
Ontkalk het apparaat.
Oorzaak:
Het schakelpunt van de overstroomklep is ontregeld.
Oplossing:
Serviceafdeling
De overstroomklep opnieuw afstellen.
Oorzaak:
Lucht in de pomp.
Oplossing:
Bediener
Het apparaat ontluchten.
Oorzaak:
Veiligheidsventiel of afdichting veiligheidsventiel defect.
Oplossing:
Serviceafdeling
De veiligheidsklep of de afdichting vervangen.
Oorzaak:
Drukschakelaar defect.
Oplossing:
Serviceafdeling
De klantenservice op de hoogte brengen.
Bediener: werkzaamheden met de aanwijzing "Bediener" mogen alleen door geïnstrueerde personen worden uitgevoerd die hogedrukinstallaties veilig kunnen bedienen en er op veilige wijze onderhoud aan kunnen uitvoeren.
Elektricien: werkzaamheden met de aanwijzing "Elektricien" mogen alleen worden uitgevoerd door personen met een opleiding op elektrotechnisch gebied.
Serviceafdeling: werkzaamheden met de aanwijzing "Serviceafdeling" mogen alleen worden uitgevoerd door servicemonteurs van KÄRCHER of door monteurs die door KÄRCHER hiervoor zijn geautoriseerd.
Brander ontsteekt niet of vlam dooft tijdens gebruik
Oorzaak:
Temperatuurregelaar te laag ingesteld.
Oplossing:
Bediener
De temperatuurregelaar hoger instellen.
Oorzaak:
De schakelaar van het apparaat staat niet op warm water.
Oplossing:
Bediener
Het apparaat op een hogere temperatuur instellen.
Oorzaak:
Watertekortbeveiliging in het veiligheidsblok is uitgeschakeld (led Service knippert 5 maal).
Oplossing:
Bediener
Zorgen voor voldoende watertoevoer.
het apparaat op dichtheid controleren.
Oorzaak:
Maximumtemperatuurbegrenzer in de wateruitlaat (> 90 °C) is geactiveerd.
Oplossing:
Serviceafdeling
Temperatuurregelaar controleren.
Oorzaak:
Afvoergas-temperatuurbegrenzer is geactiveerd (led Service knippert 4 maal)
Oplossing:
Bediener
De apparaatschakelaar op '0' zetten.
Het apparaat laten afkoelen.
Het apparaat inschakelen.
Oorzaak:
Storing treedt herhaaldelijk op
Oplossing:
Serviceafdeling
De klantenservice op de hoogte brengen.
Het controlelampje Service (rood) knippert 1x
Oorzaak:
Rotatierichting verkeerd.
Oplossing:
Bediener
De polen in de apparaatstekker omwisselen.
Het controlelampje Service knippert 1x
Oorzaak:
Lek in het hogedruksysteem
Oplossing:
Bediener
Controleer het hogedruksysteem en de aansluitingen op lekken.
Het controlelampje Service knippert 2x
Oorzaak:
Fout in de spanningsvoorziening of stroomverbruik van de motor te hoog.
Oplossing:
Bediener
Controleer de spanningaansluiting en de netzekeringen.
De klantenservice op de hoogte brengen.
Het controlelampje service knippert 3x
Oorzaak:
Motor overbelast of oververhit.
Oplossing:
Bediener
De apparaatschakelaar op '0' zetten.
Het apparaat laten afkoelen.
Het apparaat inschakelen.
Oorzaak:
Storing treedt herhaaldelijk op
Oplossing:
Serviceafdeling
De klantenservice op de hoogte brengen.
Het controlelampje Service knippert 4x
Oorzaak:
Afvoergas-temperatuurbegrenzer is geactiveerd.
Oplossing:
Bediener
De apparaatschakelaar op '0' zetten.
Het apparaat laten afkoelen.
Het apparaat inschakelen.
Oorzaak:
Storing treedt herhaaldelijk op
Oplossing:
Serviceafdeling
De klantenservice op de hoogte brengen.
Het controlelampje Service knippert 5x
Oorzaak:
Watertekort.
Oplossing:
Bediener
Controleer de wateraansluiting en de toevoerleidingen.
Oorzaak:
De reedschakelaar in de watertekortbeveiliging zit vast of de magneetzuiger is vastgelopen.
Oplossing:
Serviceafdeling
De klantenservice op de hoogte brengen.
Het controlelampje Service knippert 6x
Oorzaak:
De vlamsensor heeft de brander uitgeschakeld.
Oplossing:
Serviceafdeling
De klantenservice op de hoogte brengen.
Het controlelampje Service knippert 7x
Oorzaak:
Fout temperatuursensor wateruitlaat.
Oplossing:
Serviceafdeling
De klantenservice op de hoogte brengen.
Het controlelampje Service knippert 8x
Oorzaak:
Communicatiefout.
Oplossing:
Serviceafdeling
De klantenservice op de hoogte brengen.
Led voor systeemonderhoud brandt
Oorzaak:
Systeemonderhoud verbruikt.
Oplossing:
Bediener
Systeemonderhoud bijvullen.
Oorzaak:
Sproeier uitgespoeld.
Oplossing:
Bediener
Sproeier vervangen.
Oorzaak:
Niet genoeg water.
Oplossing:
Bediener
Zorgen voor voldoende watertoevoer.
Oorzaak:
Watertoevoerfilter vervuild.
Oplossing:
Bediener
Filter reinigen.
Oorzaak:
Fijnfilter vervuild.
Oplossing:
Bediener
Filter reinigen.
Oorzaak:
Vlotterklep zit klem.
Oplossing:
Bediener
Controleren of het ventiel vrij kan bewegen.
Oorzaak:
Veiligheidsventiel lek.
Oplossing:
Serviceafdeling
De instellingen controleren.
Indien nodig een nieuwe afdichting installeren.
Oorzaak:
Volumeregelventiel lekt of is te laag ingesteld.
Oplossing:
Serviceafdeling
De onderdelen van het ventiel controleren.
De onderdelen vervangen als ze beschadigd zijn, of deze reinigen als ze vuil zijn.
Oorzaak:
Magneetventiel drukontlasting defect.
Oplossing:
Serviceafdeling
Het magneetventiel vervangen.
Oorzaak:
Waterpomp zuigt een kleine hoeveelheid lucht aan.
Oplossing:
Klantenservice
Het aanzuigsysteem controleren en eventuele lekken verhelpen.
Oorzaak:
Sproeier in de straalbuis verstopt.
Oplossing:
Bediener
De sproeier controleren en reinigen.
Oorzaak:
Apparaat is verkalkt.
Oplossing:
Serviceafdeling
Ontkalk het apparaat.
Oorzaak:
Het schakelpunt van de overstroomklep is ontregeld.
Oplossing:
Serviceafdeling
De overstroomklep opnieuw afstellen.
Oorzaak:
Lucht in de pomp.
Oplossing:
Bediener
Het apparaat ontluchten.
Oorzaak:
Veiligheidsventiel of afdichting veiligheidsventiel defect.
Oplossing:
Serviceafdeling
De veiligheidsklep of de afdichting vervangen.
Oorzaak:
Drukschakelaar defect.
Oplossing:
Serviceafdeling
De klantenservice op de hoogte brengen.
Brander ontsteekt niet of vlam dooft tijdens gebruik
Oorzaak:
Temperatuurregelaar te laag ingesteld.
Oplossing:
Bediener
De temperatuurregelaar hoger instellen.
Oorzaak:
De schakelaar van het apparaat staat niet op warm water.
Oplossing:
Bediener
Het apparaat op een hogere temperatuur instellen.
Oorzaak:
Watertekortbeveiliging in het veiligheidsblok is uitgeschakeld (led Service knippert 5 maal).
Oplossing:
Bediener
Zorgen voor voldoende watertoevoer.
het apparaat op dichtheid controleren.
Oorzaak:
Maximumtemperatuurbegrenzer in de wateruitlaat (> 90 °C) is geactiveerd.
Oplossing:
Serviceafdeling
Temperatuurregelaar controleren.
Oorzaak:
Afvoergas-temperatuurbegrenzer is geactiveerd (led Service knippert 4 maal)
Oplossing:
Bediener
De apparaatschakelaar op '0' zetten.
Het apparaat laten afkoelen.
Het apparaat inschakelen.
Oorzaak:
Storing treedt herhaaldelijk op
Oplossing:
Serviceafdeling
De klantenservice op de hoogte brengen.
Het controlelampje Service (rood) knippert 1x
Oorzaak:
Rotatierichting verkeerd.
Oplossing:
Bediener
De polen in de apparaatstekker omwisselen.
Het controlelampje Service knippert 1x
Oorzaak:
Lek in het hogedruksysteem
Oplossing:
Bediener
Controleer het hogedruksysteem en de aansluitingen op lekken.
Het controlelampje Service knippert 2x
Oorzaak:
Fout in de spanningsvoorziening of stroomverbruik van de motor te hoog.
Oplossing:
Bediener
Controleer de spanningaansluiting en de netzekeringen.
De klantenservice op de hoogte brengen.
Het controlelampje service knippert 3x
Oorzaak:
Motor overbelast of oververhit.
Oplossing:
Bediener
De apparaatschakelaar op '0' zetten.
Het apparaat laten afkoelen.
Het apparaat inschakelen.
Oorzaak:
Storing treedt herhaaldelijk op
Oplossing:
Serviceafdeling
De klantenservice op de hoogte brengen.
Het controlelampje Service knippert 4x
Oorzaak:
Afvoergas-temperatuurbegrenzer is geactiveerd.
Oplossing:
Bediener
De apparaatschakelaar op '0' zetten.
Het apparaat laten afkoelen.
Het apparaat inschakelen.
Oorzaak:
Storing treedt herhaaldelijk op
Oplossing:
Serviceafdeling
De klantenservice op de hoogte brengen.
Het controlelampje Service knippert 5x
Oorzaak:
Watertekort.
Oplossing:
Bediener
Controleer de wateraansluiting en de toevoerleidingen.
Oorzaak:
De reedschakelaar in de watertekortbeveiliging zit vast of de magneetzuiger is vastgelopen.
Oplossing:
Serviceafdeling
De klantenservice op de hoogte brengen.
Het controlelampje Service knippert 6x
Oorzaak:
De vlamsensor heeft de brander uitgeschakeld.
Oplossing:
Serviceafdeling
De klantenservice op de hoogte brengen.
Het controlelampje Service knippert 7x
Oorzaak:
Fout temperatuursensor wateruitlaat.
Oplossing:
Serviceafdeling
De klantenservice op de hoogte brengen.
Het controlelampje Service knippert 8x
Oorzaak:
Communicatiefout.
Oplossing:
Serviceafdeling
De klantenservice op de hoogte brengen.
Led voor systeemonderhoud brandt
Oorzaak:
Systeemonderhoud verbruikt.
Oplossing:
Bediener
Systeemonderhoud bijvullen.
Oorzaak:
Sproeier uitgespoeld.
Oplossing:
Bediener
Sproeier vervangen.
Oorzaak:
Niet genoeg water.
Oplossing:
Bediener
Zorgen voor voldoende watertoevoer.
Oorzaak:
Watertoevoerfilter vervuild.
Oplossing:
Bediener
Filter reinigen.
Oorzaak:
Fijnfilter vervuild.
Oplossing:
Bediener
Filter reinigen.
Oorzaak:
Vlotterklep zit klem.
Oplossing:
Bediener
Controleren of het ventiel vrij kan bewegen.
Oorzaak:
Veiligheidsventiel lek.
Oplossing:
Serviceafdeling
De instellingen controleren.
Indien nodig een nieuwe afdichting installeren.
Oorzaak:
Volumeregelventiel lekt of is te laag ingesteld.
Oplossing:
Serviceafdeling
De onderdelen van het ventiel controleren.
De onderdelen vervangen als ze beschadigd zijn, of deze reinigen als ze vuil zijn.
Oorzaak:
Magneetventiel drukontlasting defect.
Oplossing:
Serviceafdeling
Het magneetventiel vervangen.
Oorzaak:
Waterpomp zuigt een kleine hoeveelheid lucht aan.
Oplossing:
Klantenservice
Het aanzuigsysteem controleren en eventuele lekken verhelpen.
Oorzaak:
Sproeier in de straalbuis verstopt.
Oplossing:
Bediener
De sproeier controleren en reinigen.
Oorzaak:
Apparaat is verkalkt.
Oplossing:
Serviceafdeling
Ontkalk het apparaat.
Oorzaak:
Het schakelpunt van de overstroomklep is ontregeld.
Oplossing:
Serviceafdeling
De overstroomklep opnieuw afstellen.
Oorzaak:
Lucht in de pomp.
Oplossing:
Bediener
Het apparaat ontluchten.
Oorzaak:
Veiligheidsventiel of afdichting veiligheidsventiel defect.
Oplossing:
Serviceafdeling
De veiligheidsklep of de afdichting vervangen.
Oorzaak:
Drukschakelaar defect.
Oplossing:
Serviceafdeling
De klantenservice op de hoogte brengen.
Als de storing niet kan worden verholpen, moet het apparaat door de klantenservice worden gecontroleerd.
Brander ontsteekt niet of vlam dooft tijdens gebruik
Oorzaak:
Temperatuurregelaar te laag ingesteld.
Oplossing:
Bediener
De temperatuurregelaar hoger instellen.
Oorzaak:
De schakelaar van het apparaat staat niet op warm water.
Oplossing:
Bediener
Het apparaat op een hogere temperatuur instellen.
Oorzaak:
Watertekortbeveiliging in het veiligheidsblok is uitgeschakeld (led Service knippert 5 maal).
Oplossing:
Bediener
Zorgen voor voldoende watertoevoer.
het apparaat op dichtheid controleren.
Oorzaak:
Maximumtemperatuurbegrenzer in de wateruitlaat (> 90 °C) is geactiveerd.
Oplossing:
Serviceafdeling
Temperatuurregelaar controleren.
Oorzaak:
Afvoergas-temperatuurbegrenzer is geactiveerd (led Service knippert 4 maal)
Oplossing:
Bediener
De apparaatschakelaar op '0' zetten.
Het apparaat laten afkoelen.
Het apparaat inschakelen.
Oorzaak:
Storing treedt herhaaldelijk op
Oplossing:
Serviceafdeling
De klantenservice op de hoogte brengen.
Het controlelampje Service (rood) knippert 1x
Oorzaak:
Rotatierichting verkeerd.
Oplossing:
Bediener
De polen in de apparaatstekker omwisselen.
Het controlelampje Service knippert 1x
Oorzaak:
Lek in het hogedruksysteem
Oplossing:
Bediener
Controleer het hogedruksysteem en de aansluitingen op lekken.
Het controlelampje Service knippert 2x
Oorzaak:
Fout in de spanningsvoorziening of stroomverbruik van de motor te hoog.
Oplossing:
Bediener
Controleer de spanningaansluiting en de netzekeringen.
De klantenservice op de hoogte brengen.
Het controlelampje service knippert 3x
Oorzaak:
Motor overbelast of oververhit.
Oplossing:
Bediener
De apparaatschakelaar op '0' zetten.
Het apparaat laten afkoelen.
Het apparaat inschakelen.
Oorzaak:
Storing treedt herhaaldelijk op
Oplossing:
Serviceafdeling
De klantenservice op de hoogte brengen.
Het controlelampje Service knippert 4x
Oorzaak:
Afvoergas-temperatuurbegrenzer is geactiveerd.
Oplossing:
Bediener
De apparaatschakelaar op '0' zetten.
Het apparaat laten afkoelen.
Het apparaat inschakelen.
Oorzaak:
Storing treedt herhaaldelijk op
Oplossing:
Serviceafdeling
De klantenservice op de hoogte brengen.
Het controlelampje Service knippert 5x
Oorzaak:
Watertekort.
Oplossing:
Bediener
Controleer de wateraansluiting en de toevoerleidingen.
Oorzaak:
De reedschakelaar in de watertekortbeveiliging zit vast of de magneetzuiger is vastgelopen.
Oplossing:
Serviceafdeling
De klantenservice op de hoogte brengen.
Het controlelampje Service knippert 6x
Oorzaak:
De vlamsensor heeft de brander uitgeschakeld.
Oplossing:
Serviceafdeling
De klantenservice op de hoogte brengen.
Het controlelampje Service knippert 7x
Oorzaak:
Fout temperatuursensor wateruitlaat.
Oplossing:
Serviceafdeling
De klantenservice op de hoogte brengen.
Het controlelampje Service knippert 8x
Oorzaak:
Communicatiefout.
Oplossing:
Serviceafdeling
De klantenservice op de hoogte brengen.
Led voor systeemonderhoud brandt
Oorzaak:
Systeemonderhoud verbruikt.
Oplossing:
Bediener
Systeemonderhoud bijvullen.
Oorzaak:
Sproeier uitgespoeld.
Oplossing:
Bediener
Sproeier vervangen.
Oorzaak:
Niet genoeg water.
Oplossing:
Bediener
Zorgen voor voldoende watertoevoer.
Oorzaak:
Watertoevoerfilter vervuild.
Oplossing:
Bediener
Filter reinigen.
Oorzaak:
Fijnfilter vervuild.
Oplossing:
Bediener
Filter reinigen.
Oorzaak:
Vlotterklep zit klem.
Oplossing:
Bediener
Controleren of het ventiel vrij kan bewegen.
Oorzaak:
Veiligheidsventiel lek.
Oplossing:
Serviceafdeling
De instellingen controleren.
Indien nodig een nieuwe afdichting installeren.
Oorzaak:
Volumeregelventiel lekt of is te laag ingesteld.
Oplossing:
Serviceafdeling
De onderdelen van het ventiel controleren.
De onderdelen vervangen als ze beschadigd zijn, of deze reinigen als ze vuil zijn.
Oorzaak:
Magneetventiel drukontlasting defect.
Oplossing:
Serviceafdeling
Het magneetventiel vervangen.
Oorzaak:
Waterpomp zuigt een kleine hoeveelheid lucht aan.
Oplossing:
Klantenservice
Het aanzuigsysteem controleren en eventuele lekken verhelpen.
Oorzaak:
Sproeier in de straalbuis verstopt.
Oplossing:
Bediener
De sproeier controleren en reinigen.
Oorzaak:
Apparaat is verkalkt.
Oplossing:
Serviceafdeling
Ontkalk het apparaat.
Oorzaak:
Het schakelpunt van de overstroomklep is ontregeld.
Oplossing:
Serviceafdeling
De overstroomklep opnieuw afstellen.
Oorzaak:
Lucht in de pomp.
Oplossing:
Bediener
Het apparaat ontluchten.
Oorzaak:
Veiligheidsventiel of afdichting veiligheidsventiel defect.
Oplossing:
Serviceafdeling
De veiligheidsklep of de afdichting vervangen.
Oorzaak:
Drukschakelaar defect.
Oplossing:
Serviceafdeling
De klantenservice op de hoogte brengen.
In elk land gelden de garantievoorwaarden die door onze verantwoordelijke verkoopmaatschappij zijn uitgegeven. Mogelijke storingen aan uw apparaat verhelpen we binnen de garantieperiode gratis, voor zover een materiaal- of fabricagefout de oorzaak is. Als u gebruik wilt maken van de garantie, neemt u met uw aankoopbon contact op met uw distributeur of de dichtstbijzijnde geautoriseerde klantenservice.
Meer informatie vindt u onder: www.kaercher.com/dealersearch
Meer informatie over de garantie (indien beschikbaar) vindt u in het servicegedeelte van uw lokale Kärcher-website onder "Downloads".
Gebruik alleen origineel toebehoren en originele reserveonderdelen. Deze garanderen een veilige en storingsvrije werking van het apparaat.
Informatie over toebehoren en reserveonderdelen vindt u onder www.kaercher.com.
Hiermee verklaren wij dat de hierna vermelde machine op basis van het ontwerp en type en in de door ons op de markt gebrachte uitvoering voldoet aan de relevante veiligheids- en gezondheidsvereisten van de EU-richtlijnen. Bij een niet door ons goedgekeurde wijziging van de machine verliest deze verklaring zijn geldigheid.
Product: Hogedrukreiniger
Type: 1.030-xxx
Relevante EU-richtlijnen2000/14/EG
2006/42/EG (+2009/127/EG)
2009/125/EG
2011/65/EU
2014/30/EU
Toegepaste geharmoniseerde normenEN IEC 63000: 2018
EN 55014-1: 2017 + A11: 2020
EN 55014-2: 1997 + A1: 2001 + A2: 2008
EN 60335-1
EN 60335-2-79
EN 61000-3-2: 2014
EN 61000-3-3: 2013
EN 62233: 2008
Toegepaste bepaling(en)(EU) 2019/1781
Toegepaste conformiteitswaarderingsprocedure2000/14/EG: Bijlage V
Geluidsvermogensniveau dB(A)HDS Classic
Gemeten: 97
Gegarandeerd: 100
Toegepaste nationale normen-
De ondergetekenden handelen in opdracht en met volmacht van de directie.
Gevolmachtigde voor de documentatie:
S. Reiser
Alfred Kärcher SE & Co. KG
Alfred-Kärcher-Str. 28 - 40
71364 Winnenden (Germany)
Tel.: +49 7195 14-0
Fax: +49 7195 14-2212
Winnenden, 2022/10/01
Elektrische aansluiting | |
Netspanning | 400 V |
Fase | 3 ~ |
Netfrequentie | 50 Hz |
Beschermingsgraad | IPX5 |
Beschermingsklasse | I |
Aansluitvermogen | 11 kW |
Netbeveiliging (type C, gL/gG) | 25 A |
Maximaal toegestane netimpedantie | (0.3007+j0.1879) Ω |
Wateraansluiting | |
Toevoerdruk (max.) | 1 (10) MPa (bar) |
Toevoertemperatuur (max.) | 30 °C |
Toevoerdebiet (min.) | 2100 (35) l/h (l/min) |
Minimumlengte watertoevoerslang | 7,5 m |
Minimumdiameter watertoevoerslang | 1 Inch |
Gegevens capaciteit apparaat | |
Opbrengst, water | 870-1730 (14,5-28,8) l/h (l/min) |
Werkdruk water met standaard mondstuk | 5-18,3 (50-183) MPa (bar) |
Overdruk veiligheidsventiel (maximum) | 23,5 (235) MPa (bar) |
Bedrijfstemperatuur warm water (maximum) | 93 °C |
Brandervermogen | 108 kW |
Stookolieverbruik (max.) | 6,5 kg/h |
Reactiekracht van het hogedrukpistool | 95 N |
Sproeiergrootte van de standaardsproeier | 100 |
Afmetingen en gewichten | |
Typisch bedrijfsgewicht | 255 kg |
Lengte x breedte x hoogte | 1320 x 770 x 920 mm |
Brandstoftank | 30 l |
Hogedrukpomp | |
Hoeveelheid olie | 1,2 l |
Type olie | 15W40 |
Brander | |
Brandstof | Stookolie EL of diesel |
Berekende waarden conform EN 60335-2-79 | |
Geluidsdrukniveau LpA | 82 dB(A) |
Onzekerheid KpA | 3 dB(A) |
Geluidsvermogensniveau LWA + onzekerheid KWA | 100 dB(A) |
Hand-arm-vibratiewaarde | 5,6 m/s2 |
Onzekerheid K | 2,1 m/s2 |